's lands wijs ...

Musk, Hawking, Gagarin en Pink Floyd op een kosmisch monument in de Russische provincie.

————————

————————-

Alweer aardig wat jaren geleden, in 2009, schreef ik over het stadje Borovsk, waar de schilder  Vladimir Ovtsjinnikov tal van huizen had opgefleurd met de meest uiteenlopende muurschilderingen. Sommige ervan oogden wat onbeholpen, maar het resultaat (het geheel was hier duidelijk meer dan de som der delen) mocht er zijn. En ik uitte de vrees dat de schilderingen vanwege het ongunstige klimaat in Rusland geen lang leven beschoren zouden zijn. Dat had ik mis. De schilderingen (fresco’s worden ze in Russische artikelen ook wel genoemd, maar dat klinkt wel erg enthousiast) zijn nog steeds te bewonderen en de verzameling werd zelfs uitgebreid.

Niet alles bleef bewaard. Zo kwam Ovtsjinnikov, die met zijn schilderingen het historisch bewustzijn van zijn stadsgenoten hoopt te versterken, met het plan om een monument of kapel op te richten voor lokale slachtoffers van de Stalinterreur. Toen de gemeente daar niet aan wilde meewerken, bracht de schilder achttien portretten (voor meer was geen plaats, vertelde hij aan de lokale krant) van geëxecuteerde stadsgenoten aan op een schutting niet ver van zijn huis. Die bleken een paar weken later overgeschilderd. “In opdracht van de gemeente”, vermoedt Ovtsjinnikov. Een vergelijkbaar monument elders in de stad werd al na één dag bewerkt door vandalen met verfspuitbussen. (Meer over beide schilderingen hier.) Er zijn ook luchtigere thema’s in Ovtsjinnikovs werk. Hij schilderde bijvoorbeeld een mooie Mercedes op een  garagedeur, op verzoek van de eigenaar – de eigenaar van de garage wel te verstaan, die van een Mercedes slechts kon dromen.

Vladimir Ovtsjinnikov bij de schutting met Stalin-slachtoffers

————————-

Op een van de oudere muurschilderingen prijkt Konstantin Tsiolkovski, de raketgeleerde die een aantal jaren in Borovsk woonde. Hem komen we ook tegen op een recenter werk, getiteld de Kosmische ark, dat gewijd is aan kosmische filosofie, wetenschap en de ruimte. Een precies adres heeft de ark niet. Ovtsjinnikov gebruikte er een betonnen cilinder voor die ooit dienst deed als zinkput voor bedrijfsafval. Om er te komen moet je de voetgangersbrug over het riviertje de Protva over en dan even doorlopen in de richting van het Instituut voor Dierenfysiologie, -biochemie en -voeding. Ovtsjinnikov kreeg hulp van vrijwilligers die de boel in de grondverf zetten, waarna hij zelf in patrijspoorten de ‘opvarenden’ afbeeldde. Dat werd een wat eclectisch, internationaal gezelschap van aanvankelijk vijftien personen: Vladimir Goerov, Jeff Bezos, Joeri Gagarin, Sergej Koroljov, Ary Sternfeld, Stanislaw Lem, Nikolaj Fjodorov, Elon Musk, Stephen Hawking, Aleksandr Tsjizjevski, Nikolaj Rerich, Neil (op de ark geschreven als Nill) Armstrong, Vladimir Komarov, Tsiolkovski dus en – niet in een patrijspoort – Le Petit Prince. (De aanwezigheid van die laatste kan ik niet verklaren, omdat ik in ‘Le Petit Prince’ vanwege verregaande saaiheid nooit verder ben gekomen dan bladzijde vier. Men wendde zich eventueel, ook voor de overige namen, tot Wikipedia.)     

Koroljov

Rerich

Er was plaats voor nog een paar passagiers en Ovtsjinnikov vroeg op Facebook om suggesties. Dat leverde nog op: Gaj Severin, Valentina Teresjkova, Johannes Kepler en Nikola Tesla. Daarnaast kregen ook Alija Prokofjeva en Pink Floyd nog een plekje op de cilinder, die laatste twee, net als Le Petit Prince, zonder eigen patrijspoort. Achter de hoofden van de vier muzikanten zien we een detail van de hoes van hun succesvolste elpee Dark Side of the Moon. “In 1988 nam de bemanning van de Sojoez TM-5 het album Dark Side of the Moon mee naar ruimtestation Mir. Tijdens minuten van ontspanning luisterde de bemanning er met veel genoegen naar”, verklaart Ovtsjinnikov zijn keuze. Dat de afbeelding van Pink Floyd gebaseerd is op de poster die in de vroege jaren tachtig aan de muur van mijn studentenkamer hing hoeft niemand te verbazen, want in deze kosmische wereld hangt alles met alles samen.

Richard Wright (links) kijkt op mijn poster de verkeerde kant uit.

———————

De schilder kreeg op Facebook nog wel een stekelig commentaar: waarom was Sergej Koroljov op de ark afgebeeld als Goelag-gevangene? “Is dat het belangrijkste in zijn biografie??” Ovtsjinnikov antwoordde: “Het is het belangrijkste in de biografie van ons land.”

En er pleitte nog iemand voor de ruimtehondjes Belka en Strelka. Sympathiek, maar die hebben de ark vooralsnog niet gehaald.

Borovsk ligt niet zo gek ver van Moskou, maar de kans dat ik daar nog eens een kijkje ga nemen is niet zo groot; ik ben in de ban van heel iets anders, dankzij het boek Вечная мерзлота van Viktor Remizov. (De gebruikelijke vertaling van вечная мерзлота is permafrost, maar ik zou hier kiezen voor Eeuwige vorst.) Een wijds verhaal over – in de woorden van Ovtsjinnikov - “het belangrijkste in de biografie van ons land”, in dit geval over de aanleg (door gevangenen) van een door Stalin gewenste spoorlijn in een van de onherbergzaamste streken van Siberië. Ik ben nog geen honderd pagina’s ver (van de ruim achthonderd), maar de beschrijvingen van de natuur, en dan vooral van de machtige Jenisej, hielden mij al meerdere keren aan het boek gekleefd. Dáár wil ik naartoe – maar of dat er nog van zal komen…?   

Taart! Voor de zoveelste vrachtwagen die zich klem rijdt onder de Brug der Domheid.

Hoeveel bruggen in de wereld hebben een eigen Twitter-account? Dat zullen er niet veel zijn, ik ken er in elk geval maar één. Die bevindt zich niet ver van Sint-Petersburg, daar waar de Sofiastraat over de Lensovetweg heen gaat. De brug heeft geen officiële naam, maar geniet wel een groeiende faam onder de bijnaam Brug der Domheid (Мост глупости). Zo staat hij zelfs vermeld op Google Maps (‘Bridge of Fools’) en bij het Russische equivalent Yandex Karty. Bij Yandex staat ook nog aangegeven dat we hier te maken hebben met een bezienswaardigheid, en dat is niet voor niks. Als de Lorelei langs de Rijn, zo trekt de Brug der Domheid busjes en kleine vrachtwagens (vooral van het merk Gazel) aan, die denken dat ze er nog net onderdoor kunnen. Met een bijna ijzeren regelmaat blijkt dat net níet het geval te zijn. Kijk, hier zitten nummer 189 en 195 klem:    

De Brug der Domheid heeft ook een eigen groep op Vkontakte (een soort Facebook) en daar staat bij nummer 195 vermeld: “Nummer twintig van dit jaar, nog vijf en we hebben een jubileum!” Confrontatie 195 voltrok zich op 19 december, vermoedelijk zal de mijlpaal van tweehonderd dus pas in 2021 worden bereikt. Al weet je het niet, het kan plots snel gaan. Hier hebben we een dubbele score:

Bij die aantallen moet overigens wel enig voorbehoud worden gemaakt, het zijn er vrijwel zeker meer. De brug ligt er al een jaar of tien en met de telling werd niet meteen begonnen. Bovendien moet er van elke botsing bewijs zijn in de vorm van een filmpje of foto, anders telt het niet. Zo werd op 7 september van dit jaar een hoeveelheid lego-steentjes bij de brug aangetroffen, vermoedelijk een deel van de lading van weer een ongelukkige vrachtwagen. Maar omdat verder bewijsmateriaal ontbrak, vinden we dit voorval niet terug in de statistieken.    

Je zou verwachten dat er bij alle aandacht voor de brug ook wordt gewezen naar een schuldige, de Russische Rijkswaterstaat bijvoorbeeld, of wie er daar ook gaat over bruggen en snelwegen. En dat dan iemand van Rijkswaterstaat zich zou uitputten in excuses en beterschap zou beloven, of anders wel een andere instelling zou aanwijzen als hoofdverdachte. Maar niets van dat alles, althans, ik kwam zo iemand tijdens mijn bescheiden onderzoekje niet tegen. Wel hangt er een spandoek boven de brug, met de overduidelijke waarschuwing: Gevaarlijk! Lage brug! Een Gazel kan er niet door! Maar wie dat heeft opgehangen, dat is mij dan weer niet duidelijk.

Het spandoek met de waarschuwing is hier duidelijk te zien.

Lego. Vrachtwagen niet opgenomen in de statistieken.

Helpen doet het in elk geval niet, vooral omdat, zo blijkt uit de schaarse commentaren van getroffen vrachtwagenchauffeurs, er te veel vertrouwd wordt op het navigatiesysteem. En dat geeft gewoon de kortste route aan, zonder toeters of bellen wanneer zich een te lage brug aandient. Visueel, dat moet gezegd ter verdediging van de brokkenmakers, zit er wel een flinke adder onder die brug. Het te lage deel bevindt zich iets voorbij het begin en valt daardoor niet erg op. Ook niet nadat er rood-witte strepen waren aangebracht. Waarschuwingsborden en een soort balk met kettinkjes, die als een alarm tegen de wagens aanklingelen, bleken evenmin afdoende; die kettinkjes vielen er op een gegeven moment weer af. Hoe dan ook: de navigatie-aanwijzingen blijken dwingender en de busjes en vrachtwagens rijden zich nog altijd vrolijk klem.

De weg dan maar wat verdiepen? Daar beginnen ze van Rijkswaterstaat waarschijnlijk niet aan, want langs de weg licht een riviertje en dan krijg je straks, wanneer sneeuw en ijs gaan smelten, weer heel andere problemen.

Waarschuwingen in de aanloop naar de brug

Verder kan nog vermeld worden dat de Brug der Domheid – een bezienswaardigheid, weet u nog? -  volgens Yandex Karty 24 uur per dag geopend is. Een van de bezoekers gaf als commentaar, ook bij Yandex: “Geweldige emoties, één van de aansprekende plekken van Sint-Petersburg. Aanbevolen. Prima plek om te vissen ook.” 

En ter afsluiting hier het presentje dat het twitter-account van de brug kreeg van een medewerker van het Pasteur Instituut in Sint-Petersburg, ter ere van de 150ste gestrande Gazel. Hij bracht een aantal microben bijeen in een kweekglas, die zich ontwikkelden tot een mooi plaatje.

Voor wie het interesseert, de volgende bacteriën werden gebruikt:

Roze: escherichia coli
Blauw: enterococcus hirae
Groen-blauw: enterococcus faecalis
Grijs-blauw: citrobacter braakii;
Bruin: providencia rettgeri
Doorzichtig: hafnia alvei

————————

En helemaal tot slot hier nog een alleraardigst filmpje van een fietsliefhebber, die afgelopen zomer maar eens op weg ging naar die beroemde Brug der Domheid:

2.45 – Onderweg komt hij nog een paar ‘broeders’ van de beroemde brug tegen.
5.20 – Volgens hem rijdt hij hier over het langste fietspad van het Melkwegstelsel. (Ligt er niet een fietspad helemaal van Den Helder naar Hoek van Holland of zo? Nou ja.)
5.31 – Niet ver van de brug, bij een gemaaide wei, legt hij een verband tussen het aantal hooibalen aldaar en het aantal slachtoffers van de brug. Een interessant punt, dat nader onderzoek verdient.
5.53 – Het eerste waarschuwingsbordje!
6.35 – En daar is hij dan bij zijn bestemming. “Hier voltrokken zich grootse veldslagen. 160 gevallenen. Pijn, gekraak, wat heeft deze brug allemaal niet gezien in zijn tijd.”   

Het V.V. Vinogradov Instituut van de Russische Taal brengt een woordenboek uit met synoniemen voor het woord ‘Navalny’.

————————-

Het V.V. Vinogradov Instituut van de Russische taal verbonden aan de Russische Acadmie van Wetenschappen, heeft een uniek woordenboek gepresenteerd, dat zijn gelijke niet kent in de wereld. De afgelopen tien jaar is er aan het woordenboek gewerkt in opdracht van de Russische presidentiële administratie.

Het bijzondere aan de uitgave is dat niet eerder een wetenschappelijke, taalkundige instelling zich heeft beziggehouden met de samenstelling van een woordenboek van synoniemen voor moeilijk uit te spreken woorden. In de uitgave zijn al eerder bekende synoniemen opgenomen, zoals: oppositie-persoon, voornoemd burger, politieke oplichter, bekende blogger e.a. Daarnaast hebben de geleerden van het instituut ook de volgende gebruiksvarianten toegelaten: overblijfsel van de jaren negentig, drone-filmer, houtdief, gespreksgenoot van Doed, slachtoffer van een kok, beboet strijdertje, vergiftigde pion, half afgemaakte CIA-agent, groen uitgeslagen Moskoviet, onzinnig iets en belangrijkste gecorrumpeerde.

Navalny tijdens een interview met Joeri Doed

Navalny kreeg in 2017 een groen ontsmettingsmiddel in zijn gezicht gegooid.

Binnenkort komt het woordenboek met een omvang van meer dan 10.000 woorden te liggen bij de persdienst van de Russische president en op de redacties van alle federale tv-stations. Het boek zal gebruikt worden als hulpmiddel bij het werk met brede lagen van de bevolking, dat tot doel heeft om van weinig betekenis zijnde maatschappelijke informatie over te brengen. Presidentieel perssecretaris Dmitri Peskov liet weten ervan overtuigd te zijn dat het nieuwe woordenboek hem zal helpen om zijn beroepswoordenschat aanzienlijk te vergroten. 

Bron: panorama.pub

—————————-

Wolven in Nederland - hulp uit Rusland!

———————-

———————

Gelooft ú het, van die wolven in Nederland? Die vage filmpjes die af en toe opduiken, van iets wat beweegt aan de bosrand? Weer zo’n boze boer die op tv beweert dat zijn schapen zijn doodgebeten? Wie zegt me dat het geen Mechelse herder was, daar bij dat bos, en een dolle pitbull bij die schapen – misschien wel van die boer zelf?

Ik zou zo’n wolf weleens met eigen ogen willen zien. U ook? Wel, dat lijkt mogelijk, maar u moet er wel wat voor doen. We gaan niet het bos in, nee, dat is vragen om problemen. We laten de wolven tot ons komen, in het veld, met ruime vluchtroutes rondom. En we krijgen daarbij hulp uit onverwachte hoek: van het ministerie van Cultuur van de voormalige Sovjetunie. Ooit bracht dat ministerie een grammofoonplaat uit met gedetailleerde instructies over hoe u kunt huilen als een wolf. Die beesten antwoorden dan, zo is de bedoeling, en verraden aldus hun aanwezigheid. “Als hulp aan jagers”, staat er op het label, maar ik ga ervanuit dat ook niet-jagers zoals u en ik van deze instructies gebruik mogen maken. Of de wolven op uw gehuil afkomen, lekker in het bos blijven zitten of er juist vandoor gaan, durf ik niet te voorspellen, dat hangt vermoedelijk af van uw huilprestaties. Dus: zet ‘m op! 

De instructies worden voorgelezen door Joe. S. Jartsev, zo vermeldt het label, en dat zijn naam genoemd wordt, is meer dan terecht: hij legt er namelijk veel gevoel in. Zeer waarschijnlijk hebben we hier te maken met een echte acteur, wat in elk geval de betrokkenheid van dat ministerie zou verklaren. Er was ooit een acteur die Joeri Jartsev heette, die leefde van 1923 tot 1994, en het plaatje is van 1956, hij zal het dus wel zijn.


U kúnt meteen doorspoelen naar 2.50, waar de wolvenimitatie begint, maar ik raad u toch aan om  de instructies ter harte te nemen en niet op eigen houtje maar wat aan te huilen. Zo leren we dat zonsopgang of de schemering de beste tijd is. Niet roken! Essentieel lijkt me het volgende: begint u te huilen, dan moet u voorover buigen naar de grond en geleidelijk, met het opschroeven van het volume, overeind komen en uw hoofd naar achteren gooien. Uw handen vormen een toeter, uw duimen plaatst u onder uw kin en met uw wijsvingers drukt u lichtjes tegen de neus. U kunt dan kiezen of u een mannetje of een vrouwtje nadoet. Het mannetje klinkt monotoon, het vrouwtje klinkt hoger en haar gehuil bestaat uit twee min of meer even lange delen. U huilt drie keer met een interval van dertig seconden tot een minuut, dan pauzeert u vijf minuten en begint u opnieuw. “Het gehuil kunt u gebruiken om de wolven te vernietigen”, zo sluit Joeri Jartsev namens het ministerie van Cultuur af. Daar piekeren wij natuurlijk niet over, wij willen die beesten alleen maar zíen.

Het is misschien een goed idee om uw gehuil eerst eens uit te proberen op uw hond, of die van de buren. Vlucht die jankend de tuin in, dan kunt u misschien maar beter thuisblijven. Komt ie kwispelend aangesneld, dan zou ik zeggen: op naar Overijssel, Brabant dan wel Drenthe! Succes!

——————-

Er is trouwens geknipt in de opname van het ministerie en daardoor blijven er nog wel wat vragen over. Acteur Jartsev noemt de naam van één wolf-imitator: Fjodor Vasilev, die een mannetje nadoet. En is dat ook een acteur, of is Fjodor een heuse wolvenjager? En wie doet het vrouwtje na? Ook Fjodor? Die is dan, aan het eind van de opname, verwikkeld in een duet met zichzelf, wat qua opnametechniek misschien best zou kunnen. En verder: hoelang was de originele opname? En komt dit van een langspeelplaat of is het een singletje? En wat stond er dan op de B-kant? Worden er, ten behoeve van de jagers, nog meer imitatie-instructies gegeven? Voor andere dieren uit het boze bos (lynx, vos, Siberische tijger)?

En tot slot merk ik graag nog op dat ik bovenstaand stukje heb geschreven zonder Drs. P. te noemen.

Man en dier - twee vissers op Russisch ijs: zen, zen en nog eens zen.

———————-

———————

Ik dacht eerst: wat komt er nou op die tent afrennen? Een wolf? Een gevaarlijke hond? Maar wat blijft die visser dan zo rustig zitten? Toen klonken zijn eerste zinnen – vooral de tweede wordt vrij duidelijk uitgesproken – en ik begreep dat er een oude bekende aankwam, iemand die al vaker was komen buurten.    

De berusting die doorklinkt in elke zucht, de gelatenheid bij de poging om de gast manieren bij te brengen, de zekerheid dat dit niet het laatste bezoek was – het is allemaal zen, zen en nog eens zen. Hoe de visser netjes zijn tuigje opzij doet. En dan ook nog de gulheid, die vanzelfsprekende bereidheid om te delen … De visser kent zijn plaats, en die is naast de otter *). Zen, zen, zen.

– Komt ie weer.
– Godnondeju, tering, zo kan je toch niet rustig vissen.
(De otter verkent de boel nog even, voor de zekerheid; zie zijn schaduw op het tentdoek op 0.25)
– Kom binnen, kom binnen.
– Dankje. – Alsjeblieft.
– Kijk ‘m rennen.
– Kom maar langs hoor, we hebben zat.

Ook leuk om het interieur van zo’n tentje eens te zien. Dat ding met die rode zijkant, is dat een kacheltje? Met kooltjes?

*) Inmiddels ben ik erop gewezen dat we hier niet te maken met en otter, maar met een nerts.

Fawlty Towers op de Wolga - 2

————————-

————————

In mijn vorige stukje, deel 1 van mijn avonturen op de Wolga, heb ik ietsje overdreven. Ik schreef dat de reiziger aan boord opgeschrikt kon worden door vier soorten van alarmsignalen – het zijn er maar drie. Het toespraakje dat we kregen met de veiligheidsinstructies van de directeur van de cruise was kennelijk zo beeldend, dat mijn fantasie met me aan de haal ging. De directeur beschreef de drie alarmsignalen in detail. Ik herhaal ze hier even. (Niet het boeiendste onderdeel van een reisverslag, maar stel, u reist binnenkort zelf over de Wolga, dan kunt u dit soort dingen maar beter weten.)

1 – Algemeen alarm: een aanhoudend, luid belsignaal van 25-30 seconden, 3-4 keer herhaald, wanneer het schip in gevaar is.

2 – Bootalarm: tenminste 7 korte belsignalen gevolgd door een aanhoudend belsignaal van 5-6 seconden. Het signaal wordt 3-4 keer herhaald.

3 – Man-overboord-alarm: 3 aanhoudende luide belsignalen van 5-6 seconden, 3-4 keer herhaald.

Het laatste signaal is overigens uitsluitend bestemd voor de bemanning, u hoeft dus niet in actie te komen. (En denkt u niet dat ik dit alles keurig had onthouden na het praatje van de directeur; ik vond alles naderhand terug op een aanplakbiljetje op de deur van mijn kajuit.)

De directeur hield haar praatje, terwijl de boot aanlegde bij de enige halte tussen Astrachan en Wolgograd: het dorpje Nikolskoje. Door de patrijspoort zag ik een glimp van een oude aanlegsteiger, een débarcadère, zoals je die in alle oude Sovjet-films ziet waarin de Wolga een rol speelt. Na nog een minuut of tien met allerlei uitleg en instructies, mocht ik eindelijk naar buiten.


Nikolskoje was niet veel meer dan een kleine markt, waar je volgens de directeur – het behoorde tot haar veiligheidsinstructies – maar beter niks kon kopen. Ik liep wat rond op de oever en keek vooral naar die prachtige steiger, die helaas flink in verval was. De diverse ruimtes (ooit, vermoed ik, een wachtkamer, kassa’s, een kantine, kantoortjes en zo), waren leeg en verlaten. Dit tot genoegen van rondschietende zwaluwen, die op de omgangen een nestje hadden gebouwd.


Na vier uur ging het weer verder, richting Wolgograd, dat we de volgende morgen zouden bereiken. Het viel me op dat de boot geen rechte lijn aanhield. Af en toe dacht ik zelfs: we varen nu op de oever af, zo meteen gaat het mis! Maar er klonk geen enkel alarmsignaal, de boot volgde nauwgezet de slingerende vaargeul, die gemarkeerd werd door witte boeien (aan de rechterzijde van het schip) en rode (aan de linkerzijde). Wat ik verder aardig vond om te zien, waren de passagiers die rustig rondjes liepen over het dek, alsof ze een wandelingetje maakten door het park.

20190614-1248.jpg

Zo gleed niet alleen het schip rustig voort, maar ook –  excuus voor deze goedkope beeldspraak – de uren. Het werd vanzelf avond, met verschillende soorten amusement.

Ik koos voor het programma-onderdeel “Waar is het circus gebleven?”, dat om 20.30 uur begon in de conferentiezaal op het sloependek. De presentatie was in handen van dezelfde dame die bij het vertrek uit Astrachan aan dek een vrolijk lied had gezongen (zie deel 1). Ook nu was ze in een prima stemming:


Ze begon het programma met de mededeling dat het circus-onderdeel was komen te vervallen. We gingen raadseltjes doen en opdrachtjes uitvoeren. Bij dat tweede onderdeel werden vier vrijwilligers gevraagd – twee mannen en twee vrouwen – en ik zag de bui al hangen. En jawel, ik werd uit het niet al te talrijke publiek geplukt. Je moest doen alsof je aan het strijken was, doen of je een ‘chinees hondje’ was (zo’n kleintje met een wiebelnek op de hoedenplank van een auto), doen of je een hoepel probeerde hoog te houden en alsof je aan het langlaufen was – en dat alles tegelijk, samen in polonaise met de andere drie vrijwilligers. Ik deed erg mijn best en werd beloond met een prijs: een balpen van het reisbureau.

In het volgende onderdeel (iets met liedjes) had ik geen zin meer en ik glipte het sloependek af. Het was een mooie avond, met de zon die onderging achter de oever en de maan die al weerspiegelde in de Wolga. De volgende morgen werd ik vroeg wakker en zag een bewegende schaduw op het gordijn van mijn kajuit. Er was iemand bezig met ochtendgymnastiek.

Voor wie Russisch leest: reacties van deelnemers aan meerdere cruises op hetzelfde schip – zeer lovend – vindt u hier.

Astrachan, dialoog aan de Wolga. "Daar zit geen woord joods bij."

———————

Een paar dagen eerder was ik in een park in Wolgograd al iemand tegengekomen in een T-shirt met in grote letters: AMSTERDAM. Maar wat ik aantrof in Astrachan aan de oever van de Wolga, ging daar natuurlijk vele malen overheen: een echt shirt van Ons Aller Oranje. Het kwam uit Rotterdam.

“Ja, ik ben zeeman. Боцман (bootsman).” Die voorzet kon ik zo inkoppen. “Ah, Боцман, een Nederlands woord!” “Ja, боцман, лоцман, daar zit geen woord joods bij.” 

Hij was in Rotterdam met zijn neus in de boter gevallen, want het was net Koningsdag. “Vanwege jullie Willem III.” (Hij bedoelde natuurlijk gewoon Willy.). “Het was allemaal wel een beetje duur, maar wat een feest was dat!” 

Iemand die iets verderop stond te vissen, mengde zich luidruchtig in het gesprek. “Hé, je moet dáár fotograferen, achter je, een zeemeermin!” Ik dacht dat hij een grapje maakte, maar nee. Daar, achter me, in de Wolga, zwom inderdaad een zeemeermin, die de hond uitliet.