De Madonna van Stalingrad is in goede Indonesische handen

——————

Laurentius Lemdel

——————-

Zondagmorgen half tien, Wolgograd. Het is al warm, heel warm. Het is mijn laatste dag in de stad, aan het eind van de middag vertrek ik met de boot richting Astrachan. Ik loop over de Communistische straat, in het centrum, naar de Praagse straat, naar de katholieke kerk aldaar, en ben een beetje boos op mezelf, want bijna was ik haar vergeten: de Madonna van Stalingrad.

De Madonna van Stalingrad in Berlijn

Een dag eerder was ik haar verhaal weer tegengekomen, het verhaal dat ik nota bene zelf een kleine tien jaar geleden op dit weblog had verteld: van de Madonna, getekend door een Duitse priester/arts in december 1942, speciaal voor Kerstmis, tijdens de Slag om Stalingrad. De tekening belandde nog in Duitsland, Kurt Reuber, die de tekening maakte, niet meer. Hij overleed in 1944 in een krijgsgevangenenkamp in Jelaboega. De Madonna van Stalingrad hangt sinds 1983 in de Berlijnse Gedächtniskirche.

Een foto van de begraafplaats in Jelaboega en van Kurt Reuber kwam ik tegen in het Museum Herinnering, in het centrum van Wolgograd (een klein, behapbaar filiaal van het grote Museum-Panorama). En het schoot me te binnen: een kopie van Reubers Madonna hangt hier in de katholieke kerk! Die werd in 1992 aan de kerk geschonken als symbool van verzoening. Daar moet je nog wel naartoe! Er was gelukkig nog tijd en de volgende dag was een zondag, dat kwam mooi uit.      

Om 11.00 uur zou de dienst beginnen, had ik op de site van de kerk gezien. Als ik nou een beetje vroeg ben, dan kan ik rustig rondkijken zonder de kerkgangers te storen, zo was het plan – en dat pakte goed uit. De kerk was al open. Er zat iemand te bidden en een vrouw was bezig om bloemstukken voor het altaar te zetten. En ja, daar hing ze, achter dat altaar: de Madonna van Stalingrad… In kleur, en dat verraste me, want ik kende alleen de originele tekening, en die was gemaakt met houtskool. Ik ging achterin op een bankje zitten, tegen de zijmuur, en probeerde me te verplaatsen in Kurt Reuber en in de omstandigheden waarin hij had zitten tekenen. “LICHT, LEBEN, LIEBE”, had hij naast zijn Madonna geschreven. Dat waren nou niet precies de dingen waarmee de Duitsers naar Stalingrad waren opgetrokken. 


Tussen de kerkbanken door kwam een vrouw op me af. Was ik hier voor het eerst?, vroeg ze. Ze vertelde over de geschiedenis van de kerk, hoe die zwaar had geleden in het Sovjetijdperk en hoe het gebouw in de jaren negentig met hulp uit onder meer Duitsland en Oostenrijk weer helemaal was opgeknapt. Terwijl ze dat vertelde, zag ik een donkere man binnenkomen met een kerkgewaad onder de arm. De priester, begreep ik. Uit Afrika, concludeerde ik meteen. Dat was geen onlogische gedachte, maar ik had het mis. Hij kwam uit Indonesië, zei de vrouw. “Komt u maar mee, hoor, dan stel ik u even aan elkaar voor.”

Laurentius Lemdel heette hij, en wat een aardige man! Eind jaren negentig was hij naar Rusland gekomen. In Moskou had hij Russisch geleerd, in Vologda had hij gediend en sinds 2013 was hij verbonden aan de katholieke kerk van Wolgograd, waar hij woonde in een flatje aan de overkant van de straat. Een uitgebreid gesprek zat er niet in, zo kort voor de dienst. Wilde ik die misschien bijwonen? Ik was van harte welkom. Ik sloeg de uitnodiging af en daar heb ik spijt van. De kans dat ik ooit nog een kerkdienst zal bijwonen met zicht op de Madonna van Stalingrad is niet zo groot.

Een toelichting hangt in het halletje van de kerk

De katholieke kerk diende in de Sovjettijd onder meer als onderkomen voor de club van spoorwegpersoneel. Bron.

De kerk nu. Bron.