intelligentsia

Hoe geloofwaardig is schrijver Michail Sjisjkin? Over de twijfelachtige reputatie van de Russische intelligentsia. “Het volk steunt Poetin om ons, de intelligentsia, een hak te zetten”.

(Eerste publicatie: 26-3-2013)

Michail Sjisjkin

Michail Sjisjkin

Michaïl Sjisjkin, een van de succesvolste Russische schrijvers van dit moment, maakte onlangs bekend geen deel te willen uitmaken van een delegatie die eind mei aanwezig is op de BookExpo America, een grote boekenbeurs in New York. Sjisjkin wenst niet als uithangbord te fungeren voor een, in zijn ogen verwerpelijk, regime.

Hoe zwaar weegt zo’n actie? Welke betekenis dient men daaraan te geven? Volgens schrijver en publicist Michail Berg in een artikel op de site Jezjednevny Zjoernal hangt dat af van de reputatie van de ‘actievoerder’ in kwestie, en bij Sjisjkin is die volgens Berg niet onomstreden. De schrijver maakt deel uit van de Russische intelligentsia, die zich  door de eeuwen heen, op enkele uitzonderingen na, in een twijfelachtige rol heeft gemanoeuvreerd. Die intelligentsia wordt door ‘het volk’ gezien als handlanger van de machthebbers, aldus Berg. Het optreden van Sjisjkin is daarom in de ogen van dat volk verre van geloofwaardig.

Michail Berg

Michail Berg

Berg vraagt zich in zijn artikel af wat voor reputatie je in het huidige Rusland moet hebben, willen jouw woorden niet gezien worden als een poging om voor jezelf een naam te creëren. Zijn er mensen met zo’n reputatie?

Jazeker, meent Berg, en als voorbeeld noemt hij filoloog Vjatsjeslav Ivanov. Die omschreef Poetin als boosaardig figuur en Berg geloofde hem volledig – in die zin dat Ivanovs woorden oprecht waren, zonder persoonlijk motief. Ivanov en Sjisjkin hebben dingen gezegd die ook zonder hen al bekend waren, maar bij de één (Ivanov) riepen de woorden bij velen dankbare herkenning en begrip op, bij de ander  (Sjisjkin) wantrouwen. “Waarom? Omdat Ivanov en Sjisjkin een verschillende reputatie hebben.”

Ivanov spreekt zich al jaren publiekelijk uit, al ten tijde van het proces tegen Sinjavski en Daniel in de jaren zestig, in de Sovjetunie dus, toen er heel wat minder zachtzinnig met andersdenkenden werd omgesprongen dan nu. “Een vergelijkbaar figuur (wat reputatie betreft) is Vladimir Boekovski”, volgens Berg een nobel persoon met “geduldige moed”, die “niet alleen zijn eigen de reputatie redt, maar de reputatie van een volk (зтнос). Kwaadwilligen roepen nu wel dat Russen slaven zijn en lafaards, dat ze tientallen, honderden jaren een wrede en eerloze, onmenselijke macht verdragen, maar de biografie van Boekovski bewijst: dat is niet waar, niet iedereen is een lafaard en een schurk (...). ”

Dat wil volgens Berg niet zeggen Boekovski altijd gelijk heeft. Maar wel dat wat hij doet en zegt geschraagd wordt door zijn reputatie, die – en dat is geen toeval – zijn wortels heeft in de Sovjettijd. Men heeft eerbied voor zijn lot en zijn positie, elk van zijn uitspraken heeft hij tot onderdeel gemaakt van dat lot, aldus Berg

“Eén van de grootste problemen van onze Russische cultuur (…) is het wantrouwen van de maatschappij tegenover de intelligentsia. Die is totaal en tragisch. Een dergelijk wantrouwen tegenover de laag van denkende mensen (…) heb je in geen enkel ontwikkeld land. Juist in dat wantrouwen schuilt de oorzaak van Ruslands onvermogen om een maatschappelijke constructie te bouwen die stabiel is, niet-tegenstrijdig en geschikt voor het echte leven.”

Vladimir Boekovski

Vladimir Boekovski

“Het ontbreekt de Russische intellectuelen aan een reputatie die gewicht kan geven aan hun op het oog terechte woorden over het verrotte Poetin-regime, over de heersende wetteloosheid en de totale leugen van de ambtenarenstand. Ze spreken wel de waarheid, maar ze worden niet geloofd. Ze analyseren, doen onderzoek, gaan – niet minder belangrijk – de straat op, protesteren in hun eentje of nemen deel aan betogingen – maar de maatschappij antwoordt: jullie zijn het volgevreten Moskou, jullie zijn een laag rijkaards die het land hebben leeggeroofd. Hoezo  rijkaards (verontwaardigd) – wij zijn intellectuelen, wij leven van onze intellectuele capaciteiten. Nee, zegt de samenleving … jullie maken deel uit van de heersende klasse, in elk geval zijn jullie haar dienaren, jullie hebben in de jaren negentig de Sovjet-nomenklatoera geholpen om het land leeg te roven, waarbij jullie deden alsof er een strijd gaande was tussen democraten en communisten, terwijl jullie in feite een scherm optrokken voor die diefstal”.

Een vergelijkbaar iets, zo duidt Berg de boosheid van het volk, gebeurde in de Sovjetunie, toen de intellectuelen een scherm optrokken voor het communistische regime en zo de indruk wekten dat de USSR een normaal land was – met kranten, tijdschriften en literaire prijzen. “Jullie waren een klasse van conformisten. En jullie deden dat samen en alleen, en creëerden zo voor jezelf een bepaalde reputatie die jullie vandaag de dag zouden willen vergeten. Jullie proberen te doen alsof dat verleden er niet is geweest, dat jullie daar niet aan hebben deelgenomen, terwijl jullie er wél aan hebben deelgenomen, en daarom gelooft de samenleving jullie zelfs niet wanneer jullie iets zeggen wat op het oog de volledige waarheid is. Men heeft geen achting voor jullie”. 

Volgens Berg is die achting alleen te verdienen door een jarenlange, moedige strijd. Ivanov en Boekovski zijn daar voorbeelden van. Maar omdat er maar zeer weinig van zulke mensen zijn in Rusland, is ook de invloed van de intellectuelen in het huidige Rusland zeer gering. Zoiets verander je niet van het ene op het andere moment, zeker niet, aldus Berg, in de wantrouwige, afgunstige Russische samenleving, “die eindeloos en eeuwenlang is bedrogen en bestolen.” En die samenleving “steunt Poetin om ons, de intelligentsia, een hak te zetten. Ze gelooft ons niet, en heeft daar alle reden toe.”

Je kan niet, zoals Michail Sjisjkin, zo maar als een duveltje uit een doosje springen. “Hoe luider hij vandaag heeft gesproken, des te meer vragen er rijzen over de periode van zijn eindeloze zwijgen … Al heeft hij dan schijnbaar de waarheid gesproken, qua reputatie en biografie heeft hij gelogen.”

In Rusland mengen intelligentsia en volk niet, zoals olie en water niet mengen, schrijft Berg. “Tel daar de demografische catastrofe bij op – dat de Russische machthebbers bij alle historische omwentelingen in de eerste plaats de denkende mensen vernietigden en het wantrouwen jegens hen voedden (en nog steeds voedt), en je hebt een vicieuze cirkel.”

Het volledige artikel, in het Russisch, is hier te vinden. Een artikel uit The Guardian over Sjisjkin vindt u hier.

Mooie, bescheiden memoires van Sergej Gandlevski - over de creatieve intelligentsia in de late USSR

(Eerste publicatie: 14-3-2013)

Sergej Gandlevski

Sergej Gandlevski

De creatieve intelligentsia in de laatste dertig jaar van de USSR, wie zich daar een beeld van wil vormen, of wie dat beeld nog eens wil oproepen - lees vooral Бездумное былое (Bezdoemnoje byloe) van Sergej Gandlevski.

Gandlevski (Moskou, 1952) is de bescheidenheid zelve. In niet meer dan 160 pagina’s kijkt hij terug op zijn leven tot nu toe. Laconiek, vriendelijk ironisch en met wijze afstandelijkheid vermengd met weemoed. Hoe hielden Gandlevski en zijn kameraden zich staande in een omgeving die hun weerzin wekte? Hoe creëerden zij hun eigen ruimte, waar zij hun eigen, innerlijke vrijheid beleden?

memoires jaren zeventig Sovjetunie intelligentsia

Gandlevski hield zich in financieel opzicht staande door poëzie te vertalen. Hij schetst in nog geen twee pagina’s een verdwenen wereld, waarin dichters uit Oezbekistan, Tadzjikistan, Kirgizië en al die andere buitengewesten van de USSR konden rekenen op vertalingen in het Russisch – in naam van de vriendschap der volkeren. Grove vertalingen werden verdeeld over uitgeverijen, waar elke redacteur een cirkeltje van dichters had, die zorgden voor prachtige, rijmende regels in het Russisch. Behoorde je tot zo’n cirkeltje, dan was je kostje gekocht. Je verdiende bepaald niet slecht en had daarnaast alle gelegenheid om je eigen creatieve gang te gaan. En dat je regels produceerde waarin niet zelden de USSR werd geloofd en geprezen, nou ja. Het waren niet jouw regels, je vertaalde ze alleen maar.

Het kleine hoekje met de eigen vrijheid, dat wordt omspoeld door een zee van stompzinninge staatsideologie, blijkt niet voor iedereen afdoende. Drank biedt een ontsnappingsroute, net als emigratie. Gandlevski blijft (ook nadat de USSR is verwenen) en begroet de omwentelingen eind jaren tachtig enthousiast. Adembenemend zijn de historische onthullingen, de stroom publicaties van ooit verboden boeken houdt maar aan. En in de kommoenalka van Gandlevski maken twee vaders zich op om de straat op te gaan. Hijzelf om te gaan demonstreren, buurman agent om de demonstranten in toom te houden.

Dat enthousiasme verdampt, al komt Gandlevski de economisch zware jaren negentig redelijk ongeschonden door. Het is vooral de komst van Poetin en de ontwikkelingen in de jaren daarna die Gandlevski en de zijnen weer doen terugkeren naar hun eigen hoekje, waar ze staat en overheid zo ver mogelijk op afstand proberen te houden. “In 2000 kwam er in Rusland een weerzinwekkende man aan de macht – een sovjet-spookbeeld dat naar het onderbewustzijn was verdrongen, iets laags, van de straat, iets uit een dronken slaap. Hij en zijn helpers gingen aan de slag en begonnen het land dat zich op een kruispunt bevond, toegewijd en kundig te verleiden – alsof je een glas wodka voorhoudt aan een totaal aan de drank geraakte man, die net min of meer heeft besloten om te stoppen met drinken”.

Bezdoemnoe byloe telt tal van zulke doordringende observaties. Nog een aantal redenen waarom ik Gandlevski's boek met veel plezier heb gelezen:

- Vanwege het prachtige woord Диккенсовщина  (Dickens-achtige toestanden) dat ik tegenkwam.

- Omdat Aleksej Tsvetkov wordt genoemd  (ik schreef onder meer hier over zijn gedichten die op muziek zijn gezet.

- Omdat er een foto in staat van Timoer Kibirov, schrijver van een van mijn favoriete boeken van de afgelopen jaren (daarover schreef ik hier).

- En omdat ik Gandlevski grotendeels las in café Pasternak in Berlijn.

Café Pasternak Berlijn