Gevonden onderwerpen - 6


Gratis af te halen via onderstaande links
------------------

- In 1950 werd in een voorstad van Parijs een tehuis opgericht voor bejaarde Russische emigranten. Gaandeweg kwamen er ook ‘gewone’ Fransen te wonen. Van de tweehonderd bewoners zijn er nog twintig Russisch. Link (Rusisch).
 

Olchon Bajkal
Olchon Bajkal eiland

- Op een eiland in het Bajkalmeer houdt de 86-jarige Vladimir Prokopjev een vliegveldje draaiende dat officieel al twintig jaar gesloten is. Link (Engels).
 

- Een interview uit 2008 met mijn favoriete literair-historicus Benedikt Sarnov (1927-2014). Inclusief audio. Over de  Russische literatuur in de jaren zeventig en over zijn eigen werk. Link (Russisch).

 

- Een korte documentaire over psychiatrie in de Sovjetunie in het midden van de jaren vijftig, gemaakt door Albert Maysles. De straatbeelden zijn mooi, maar verder kan ik dit filmpje niet op waarde schatten. Kritiekloos en daardoor wat bizar, zo komt het over.
 

- Emigrantenliteratuur van hoog niveau. Gary Shteyngart beschrijft in Little Failure, A Memoir zijn pogingen om in New York los te komen van zijn Russisch-joodse wortels en, vooral, van zijn ouders. Dat eerste lukt, het tweede uiteindelijk niet. Komisch en wrang. Volgens The Guardian “…the author's funniest, saddest and most honest work to date”. Wat ik niet kan beoordelen, omdat ik dat andere werk van hem niet ken. Link (Engels). 

 



 

 

 

 

- Een tentoonselling in Londen over de Koude Oorlog met rassenrelaties als invalshoek. Organisator is de Amerikaans-Russische kunstenaar Yevgeniy Fiks. “It was through his examination of the American left that he discovered the art of Soviet race relations. From here Fiks turned to the Soviet representation of African and African-American life, recognising this as a field in which the USSR could claim a kind of solidarity with black populations that transcended national borders.” De tentoonstelling loopt nog tot 4 april. Link (Engels.)                                                                             



 
 

     ----------------------

- Een enorme hoeveelheid kranten en tijdschriften uit de Russische emigratie, gedigitaliseerd en wel. Indrukwekkend. (De in het onderschrift bij de foto genoemde organisatie Zemgor was ook de oprichter van het bejaardenhuis bij Parijs dat hierboven wordt genoemd.) Link (Russisch).
 

- Simon Sebag Montefiore heeft weer een stevig boek over de Russische geschiedenis het licht doen zien. Heeft hij dit keer iets te veel hooi op zijn vork genomen? Link (Engels).
 

- Een niet zo vrolijke reportage over een jeugdbende die Tsjita onveilig maakt. De invloed van de strafkolonies in de regio is voelbaar. Link (Russisch).

Rusland en Volendam - partners in een vergeten sport

----------------------

Pavel Koeznetsov - Pushball (1931)

Rusland en Volendam hebben meer gemeen dan u denkt.

Maar kijkt u eerst even naar onderstaande illustratie. Ik zag daarop een mij onbekende sport staan en ging op onderzoek uit. 

De illustratie stamt uit 1929 en is van de Leningradse kunstenaar Pjotr Novikov. Tussen 1928 en 1932 verschenen drie boekjes van hem, met de eenvoudige titels Stadion, Stadion in de zomer, en Stadion in de winter. Met enigszins naïeve tekeningen liet Novikov zien wat voor sportieve verpozing een stadion al niet kon bieden. Nauwelijks geboeid bekeek ik het tafereel, toen mijn oog plots struikelde over het tweede bord van links: een aankondiging van een wedstrijdje poesjbol (пушбол) tussen de Russische Federatie en de Kaukasus. Poesjbol? Nooit van gehoord. 

Pushball – zo schrijf je dat natuurlijk – werd in 1891 in de Verenigde Staten bedacht. Twee teams moeten een bal van fikse afmetingen bij de tegenstander onder de lat van het doel door zien te krijgen (vijf punten) of eroverheen (acht punten). Echt populair is de sport nooit geworden – nee, wat wil je, met zo’n enorme bal – en hoe en wanneer ze in Rusland of de Sovjetunie is beland, dat weet ik niet. Misschien meegenomen (de regels, niet de bal) door Amerikaanse arbeiders en ingenieurs, die in de jaren twintig in de USSR kwamen werken? Zo gebeurde dat ook ooit met honkbal, zoals ik eerder schreef.

In de USSR maakte pushball overigens wel enige opgang. In 1928 stond de sport op het programma van de Nationale Spartakiade. In het Moskouse Gorki Park werd het gespeeld (al lijkt men daar op een soort volleybalvariant te zijn overgestapt) en het schrijversduo Ilf en Petrov noemt de sport in het korte verhaal Bron van vreugde uit 1929. En dat de sport door Novikov in zijn boekjes is opgenomen (zie ook een tweede illustratie hieronder), bewijst  dat pushball serieus werd genomen.

Gorki Park

Gorki Park

Tussen de twee benen het veldje voor pushball (aanklikbaar).

Zo ook in Volendam.      

Daar liep ergens in 1927 het dorp uit voor een potje pushball. Aardig om te zien dat de enorme wedstrijdbal (waardoor op 1.08 nog bijna een hond wordt geplet) gesponsord werd door Bertels Kunstkorrel.


De kennelijke populariteit van pushball in Volendam heeft de sport niet veel verder geholpen. Iets beter lijkt het de hippische variant te zijn vergaan, waarbij ruiters te paard de ronde kolos over het veld duwen. Ook paardenpushball maakte de overstap naar Rusland. Zo is er een filmpje uit 1937, uit Rostov-aan-de-Don, met de paardenvariant. En deze mooie foto laat een wedstrijd van militairen zien in Moskou in 1952 – met boven de pilaren een orkestje:


Maar verder kunnen we concluderen dat pushball als massapsort het niet heeft gered. Wel kan je in Moskou als onderdeel van een personeelsfeestje nog pushball spelen, wat goed zou zijn voor de teambuilding (тимбилдинг). En mocht u van pushball hebben gedroomd - wat na dit stukje zo maar zou kunnen -  dan krijgt u op deze Russisch site uitgelegd wat dat zoal te betekenen heeft. 

Van absurdisme naar brave sport: hoe schilder Loetsjisjkin de Stalinjaren veilig doorkwam.

In 1932 hing het schilderij De ballon vloog weg van Sergej Loetsjisjkin in Leningrad op de tentoonstelling 15 jaar kunstenaars van de Russische Federatie (Художники РСФСР за 15 лет).  De tentoonstelling maakte de balans op van vijftien jaar schilderkunst in de Sovjetunie. In 1933 was dezelfde tentoonstelling te zien in Moskou. Een jaar later slechts, maar het artistieke klimaat in de Sovjetunie was merkbaar veranderd. In april 1932 werd de kunst in de arbeidersstaat min of meer gelijkgeschakeld; artistieke en literaire groeperingen werden opgeheven om plaats te maken voor monolitische, door de overheid gestuurde unies. Het schilderij De ballon vloog weg werd slachtoffer van het veranderende klimaat. Het doek was aanvankelijk nog wel te zien op de tentoonstelling in Moskou, maar werd verwijderd. Het was te pessimistisch.

Te pessimistisch? Ja, rode banieren waarachter rotten arbeiders richting lichtende toekomst marcheren, ontbreken, maar te pessimistisch? Nou, kijkt u nog even naar het raampje rechtsboven. Daar hangt iemand die het kennelijk toch niet zo naar zijn zin had in het arbeidersparadijs.    


Sergej Loetsjisjkin (1902-1989) dartelde in de jaren twintig vrolijk rond in de artistieke wereld van de USSR, waar experimenten aan de orde van de dag waren. Hij laafde zich aan de avantgarde, was lid van meerdere kunstenaarskringen (OST was de bekendste), speelde mee in ‘onbegrijpelijke’ toneelstukken en mocht aan zijn schilderijen graag enig absurdisme toevoegen – zie ook het ietwat verbeten trommelaartje op blote voeten op het doek hieronder. 

Trompetten (1925)

Was de verwijdering van De ballon vloog weg een veeg teken? Pakten zich donkere wolken samen boven het hoofd van Loetsjisjkin? Nee, de schilder kwam de duistere jaren onder Stalin ongeschonden door – net als overigens het schilderij zelf. Dat was al in 1927 aangekocht door de Tretjakovgalerij, een van de belangrijkste musea van Rusland, en daar bleef het gewoon op zaal. Loetsjisjkin liet het absurdisme verder wel voor wat het was. Zijn specialiteit werd sport.   

Parade in het Dinamostadion (deel van een vijfluik, waarvan het eerste in 1936 werd voltooid - ik weet niet welk deel van het vijfluik dit is).

Was zijn keuze voor het thema sport een vlucht? Deed hij zichzelf daarmee geweld aan? Irina Lebedeva, tussen 2009-2015 directeur van de Tretjakovgalerij, denkt van niet. Loetsjisjkin, vertelt ze in een uitgebreid interview, was geen avantgardist of absurdist die niet anders kón. Al in de jaren twintig reisde hij in opdracht het land door om industrie- en landbouwtaferelen vast te leggen. In de jaren dertig “ging hij vrij organisch op in wat er verder gebeurde”, aldus Lebedeva. 

Wedstrijden in het Dinamostadion. (jaren vijftig)

Wedstrijden in het Dinamostadion. (jaren vijftig)

Skiërs (jaren twintig?)

Carnaval op de rivier de Moskva. (1932)

Grenobe. Slotronde. (1968)

Slalom. Grenoble. (1968)

           

Olympiasch dorp. Moskouse gastvrijheid. (1983)


Loetsjisjkins sportschilderijen mogen er zijn, maar ze zijn toch duidelijk van een minder kaliber dan zijn werk uit de jaren twintig. De bevlogenheid ontbreekt, en kan je in die oudere werken een schilder ontwaren die op zoek is naar het ongewone – zoals veel kunstenaars en schrijvers (Daniil Charms!) in die jaren – in zijn sportwerk is daarvan geen sprake. Loetsjisjkin moet daar ook zelf iets van gevoeld hebben. Sprekend is in dat opzicht onderstaand zelfportret uit 1977: 

We zien een tevreden man, in harmonie met zichzelf en met de schets of tekening waaraan hij werkt. Maar wat we zien we buiten, door het raam? Een ballon die wegvliegt tussen twee flatgebouwen die wel erg lijken op die twee flats uit zijn bekendste werk uit de jaren twintig.

Vanwaar deze verwijzing naar wat ooit was? Is dat geen heimwee naar vroeger? Naar de tijd toen hij schilderijen maakten die er echt toe deden? Ik denk het wel.     

Het gemankeerde patriottisme van voetballer Dmitri Tarasov – volgens sportjournalist Rabiner. “Het is van een onvoorstelbare domheid.”

--------------

Dmitri Tarasov, voetballer van Lokomotiv Moskou, vond het gisteren in Turkije nodig om na de met 2-0 verloren uitwedstrijd van Dinamo Moskou tegen Fenerbahce zijn shirt uit te trekken. Daaronder droeg hij een t-shirt met daarop president Poetin en het onderschrift ‘de beleefdste president’ (een verwijzing naar de ‘beleefde’ Russische soldaten op de Krim.) Hieronder het commentaar op Facebook van een van de bekendste Russische sportjournalisten, Igor Rabiner:

--------------

Over Tarasov. Deze geschiedenis lijkt me symbool te staan voor het begrip patriottisme zoals dat, verminkt door propaganda, bij veel van onze medeburgers in het hoofd zit. Patriot zijn betekent volgens mij goed, eerzaam en vol overgave je taak verrichten op je werkplek en daardoor je land en de omringende wereld een beetje beter maken. Iemand positieve emoties schenken. Onze mensen een reden geven om trots te zijn op hun land, en buitenlanders een reden om ons land te respecteren.

Voor voetballers, zeker in Europese bekercompetities, betekent dat – excuus, het klinkt banaal -  goed voetballen. Of jullie daarbij nou winnen of niet, is van ondergeschikt belang. Je mag best verliezen, maar dan zo dat men trots op jullie is. Dat is dan ook patriottisme.

Maar zó te verliezen, met verschrikkelijk, slap en hopeloos voetbal, zoals het geval was met Lokomotiv in Istanbul, en dan daarna een provocerend t-shirt met de president laten zien aan een land waarmee we, nee, niet in oorlog zijn maar een politiek conflict hebben – dat is van een onvoorstelbare domheid die ons land in discrediet brengt. En waardoor je je schaamt en niet trots bent.

En niet alleen omdat je de boel niet moet opstoken – hoewel ook daarom. Maar ook omdat jouw ploeg, een Russische ploeg, zojuist met boter en suiker, zonder verzet, kansloos is ingemaak. En jij, Dmitri Tarasov, en jullie allen samen, hebben verschrikkelijk slecht jullie werk gedaan. En vervolgens hebben jullie de inhoud van een begrip verwisseld – voor de naïeve, bekrompen mensen die te veel naar de federale tv hebben gekeken. Juist zulke mensen noemen het tonen van een t-shirt op zo’n moment een uitdrukking van een burgerstandpunt.

Igor Rabiner

Igor Rabiner

Persoonlijk had ik het zelfs in geval van een overwinning onaangenaam gevonden als Tarasov, of wie dan ook, het t-hirt met het portret had laten zien – omdat je sport niet met politiek moet vermengen en de gevoelens van mensen niet moet bespelen. En bij de UEFA hebben ze helemaal gelijk, wanneer ze de speler streng straffen. Maar had hij het na een overwinning gedaan, dan had daar nog een zekere, zij het beperkte, logica, achter gezeten Nu was het én fout én onlogisch.

En tenslotte. Ik wil niet dat zo’n soort pseudopatriot Rusland vertegenwoordigt op het Europees kampioenschap, te meer daar hij weliswaar kans maakt om geselecteerd te worden, maar absoluut niet onvervangbaar is. Ik wil dat daar spelers heengaan die zich niet gaan bezighouden met loze politieke spelletjes, maar er hun eigenlijke werk gaan doen. Goed en vol overgave voetballen. Zodat de mensen trots op hen zijn. Dat is pas echt patriottisme.

Russisch les: tekenfilmpje, mooie wals, prachtige stem, tamelijk grof taalgebruik. “Я ведь давно эту жизнь п******* называааааю.“

------------

Gennadi Smirnov

Gennadi Smirnov


Cursus Russisch?, hoor ik u denken, cursus Russisch? Zal wel weer over vieze woorden gaan.

Nou, reken maar.

We beginnen met een kinderliedje. En niet zo maar een kinderliedje, nee, een kinderliedje dat bij iedereen met Sovjetwortels in het geheugen gebeiteld staat. Daarna volgt een wals met dezelfde status, dan een combinatie van beide voorzien van geheel nieuwe woorden. Het huiswerk voor de volgende keer: zing die nieuwe combinatie met een licht vermoeide, licht gedragen, veel levenswijsheid uitstralende stem – zonder een spier te vertrekken.   

Поехали, sprak Gagarin. Hier eerst dat kinderliedje, met krokodil Gena en Tsjeboerasjka:


En hier de wals, uit de film Moskou gelooft niet in tranen.


En dan nu Gennadi Smirnov, acteur en zanger uit Sint-Petersburg, die de wals van nieuwe woorden voorzag. Het onwelvoeglijk taalgebruik is werkelijk oorverdovend, maar ten gehore gebracht door een stem als die van Gennadi Smirnov meteen ook onweerstaanbaar grappig. Wie dit nieuwe meesterwerkje onder het filmpje met krokodil Gena en Tsjerboerasjka heeft gezet, weet ik niet. De tekst vindt u in elk geval onder aan dit stukje. 


En tenslotte nog, als extraatje, de nieuwe versie in de uitvoering van twee dames die best op mijn verjaardag mogen komen: 


Vergeet u uw huiswerk niet?

(Met dank aan Jana Smirnova – geen familie van Gennadi -  die mijn voorkeuren kent en me wees op het nieuwe lied.)     

Beschaafd:
 Что происходит на свете? - А просто зима

- Просто зима, полагаете Вы? - Полагаю.
Я ведь и сам как умею следы пролагаю
В ваши уснувшие ранней поpою дома.
 Что же за этим всем будет? - А будет янваpь.
- Будет янваpь, Вы считаете? - Да, я считаю,
Я ведь давно эту белую книгу читаю,
Этот, с каpтинками, вьюги стаpинный букваpь.
- Что же потом в миpе будет? - А будет апpель.
- Будет апpель, Вы увеpены? - Да, я увеpен.
Я уже слышал, и слух этот мною пpовеpен,
Будто бы в pоще недавно игpала свиpель.
- Что же из этого следует? - Следует жить
Шить саpафаны и легкие платья из ситца.
- Вы полагаете все это будет носиться?
- Я полагаю, что все это следует шить
Следует шить, ибо сколько вьюге не кpужиться
Недолговечна её кабала и опала,
Так pазpешите же в честь новогоднего бала
Pуку на танец, судаpыня, вам пpедложить.
Месяц - сеpебpяный шаp со свечою внутpи,
И каpнавальные мамаски по кpугу, по кpугу,
Вальс начинается, дайте ж, судаpыня, pуку,
И pаз-два-тpи, pаз-два-тpи, pаз-два-тpи, pаз-два-тpи

Onbeschaafd:
Что происходит на свете?

- а просто хуйня!
Просто хуйня, полагаете Вы?
- Полагааааааю. 
Я ведь и сам, как умею, хуйнею страдааааю. 
Эта хуйня просто поработила меня.
- Что же за всем этим будет?
А будет пиздец!
- Будет пиздец, вы считаете?
Да, я считааааааю.
Я ведь давно эту жизнь пиздецом называааааю.
Брошу карьеру и нахуй уеду в Елец.
- Чтоже теперь с нами будет?
Опять поебень.
- Вновь поебень, полагаете?
Да, полагаааааю.
Скозь поебень я свой жизненный путь пролагаааааю.
Трудно бывает, но я в этом смысле - кремень!
- Что же со всем этим делать?
А нахуй послать.
- Нахуй послать? Вы уверены?
да, блядь, уверееееен.
-Чем подтвердите, что план Ваш действительно верен?
Оооой, что вы пристали-то женщина, йобвашу мать!?

(Onderstaand fragment ontbreekt in het filmpje boven)
- Нет, я надеюсь на лучшее в новом году.
Здесь так прекрасно среди Новогоднего бааааала.
Слушай, ты что-то изрядно меня заебаааала.
Не обижайся, но шла бы девка в пизду.
- Можно вопрос, Вы танцуете?
Нет, я пою!
Разве не видете, мы не подходим друг другу?
Кончился вальс так уж дайте, сударыня, руууууку.
Да не свою, идиотка, мою, блядь, мою!

- ля ля ля ля ля ля ля ля 
Да не свою, идиотка, мою, блядь, мою!

Op de tribune bij Dinamo Moskou – het Feyenoord van Rusland. Schrijver Dmitri Danilov vatte zijn kwellingen samen in een boek.

---------------

Selectiedag bij Dinamo Moskou. De ouders mogen niet naar binnen.


De supporters die u op de foto hieronder ziet, worden in het Russisch koezmitsji genoemd. Toen ik die foto maakte, in de zomer van 2013 in Jaroslavl, wist ik dat nog niet. Nu wel, dankzij het boek Есть вещи поважнее футбола (Er zijn belangrijkere zaken dan voetbal) van Dmitri Danilov.

Sjinnik Jaroslavl

Sjinnik Jaroslavl

Het kost Danilov bijna zijn huwelijk, maar het levert hem wel een boek op: een jaar lang bezoekt hij – niet eens zo’n enorme voetballiefhebber – zo veel mogelijk wedstrijden van Dinamo Moskou, afgewisseld met wedstrijden op regionaal niveau, en doet daarvan verslag. Een vergelijkbaar procédé leidde eerder tot het boek Описание одного города (Beschrijving van een stad), waarin Danilov een aantal keren een en dezelfde provinciestad bezoekt en simpelweg optekent wat hij zoal tegenkomt. (Over zijn Beschrijving van een stad schreef ik eerder, het is in het Nederlands vertaald.)

Als FC Zenit-supporter moet ik bekennen dat Danilovs Dinamo-notities op mij een verrassend prettige indruk maken. Dat heeft vermoedelijk te maken met de overeenkomst tussen Dinamo Moskou en – Danilov komt zelf met die club op de proppen – Feyenoord. Ook zo’n club waar men aan het begin van ieder seizoen droomt van het onvermijdelijke succes, om er vrij snel achter te komen dat het ook dit keer weer niet zal lukken. Wat dan volgt zijn lange maanden van supportersleed, lijdzaam gedragen in de wetenschap dat dit in de aard der dingen besloten ligt.

Danilov begint zijn boek nog als koezmitsj, een min of meer bedaarde supporter die zo zijn thuiswedstrijdjes meepikt. De klassieke koezmitjs, aldus Danilov, heeft een sovjet-proletarisch voorkomen, met pet en papiros, en lijdt niet zelden aan een zware vorm van zonnebloempitverslaving. In de jaren tachtig zag je ze nog volop. Bij het oude Dinamo-stadion stonden ze bij de Noordtribune en bespraken daar het voetbal in het algemeen en de tegenslagen van Dinamo in het bijzonder.

Bij Sjinnik Jaroslavl, mijn buren in 2013

Omdat het oude stadion is afgebroken en het nieuwe nog niet voltooid, speelt Dinamo zijn thuiswedstrijden in een buitenwijk van Moskou, in de Chimki Arena. Danilov koopt er een seizoenkaart voor tribune VIP-3 A. Erg veel ‘vip’ is het niet; maar er is een buffet, een wc vlakbij en het uitzicht op Moskou is mooi. (Lang niet zo mooi als het uitzicht op Sint-Petersburg bij Zenit.) Hij laat zijn status van koezmitsj achter zich en promoveert tot ‘actieve supporter’, door af en toe ook naar een uitwedstrijd te gaan, naar een bekerwedstrijd tegen het bescheiden Sjinnik Jaroslavl bijvoorbeeld. Misschien kwam hij daar wel die twee voetballiefhebbers tegen die er in 2013 een onuitwisbare indruk op me maakten door met te onthalen op wodka en tomaat. Bij uitwedstrijden in de gewone competitie belandt hij in het uitvak met de fanatiekere supporters. Uit bij FC Zenit bijvoorbeeld (kansloze nederlaag), waar hij zichzelf luidkeels hoort meedoen met de rest: только Яшин, только Динамо! (enkel Jasjin, enkel Dinamo!)

Danilovs observaties en overpeinzingen zijn simpel, maar toch ga je gaandeweg meeleven met de clubs die hij bezoekt. Niet zozeer met Dinamo (er zijn grenzen), maar wel met Olimp-SKOP (Derde divisie, provincie Moskou, groep A), en Blauwe Pijlen (competitie regio Ljoeberetski). Wanneer in de Derde divisie de ontknoping nadert, krijg je de neiging om snel door te bladeren naar de laatste wedstrijddag.   

Toch ontbreekt er iets aan het boek: sappigheid. Ik had graag wat meer supportersdialogen gelezen. Kreten, vloeken, yells, alles – naast het prachtige voetbal natuurlijk - wat mijn bezoeken aan het Petrovski stadion van FC Zenit telkens tot zo’n feest maakt. De oogst aan nieuw voetbalvocabulaire is bij Danilov bepaald mager. Засушить игру (het spel doodmaken bij een voorsprong) en een валидольная победа (een validol-overwinning, een overwinning waar je hart het bijna bij begeeft) - meer ben ik niet tegengekomen.

Dinamo begint sterk aan het seizoen, maar ach en wee, nee, het wordt uiteindelijk natuurlijk weer helemaal niks. Nou ja, met pijn en moeite wordt de vierde plaats binnengehaald, die recht geeft op Europees voetbal. Maar dan komt het nieuws dat Dinamo Moskoiu het volgend seizoen helemaal geen Europees voetbal mág spelen. Een straf van de UEFA wegens het overtreden van de regels van financieel fair-play.

Dinamo Moskou voetbal schrijver voetbal Danilov

Danilov troost zichzelf tijdens een bezoekje aan Gent. Hij verblijft toevallig net in de stad wanneer AA Gent daar in mei 2015 voor het eerst in de geschiedenis kampioen van België wordt. Met zijn blauw-witte Dinamo-sjaaltje mengt hij zich in het blauw-witte feestgedruis. Is hij toch nog een beetje kampioen.

In Rusland heette de kampioen van 2015 FC Zenit.

------------------

Toevoeging: Annelies de Hertogh maakte onderstaande foto van Dmitri Danilov inn boekhandel Limerick, tijdens de memorabele avond in Gent.

boekhandel Limerick Gent Danilov Russisch voetbal


De vloek van een beroemde vader: hoe Tolstoj junior ten onder ging in de strijd tegen Tolstoj senior

------------

Ilja Repin - Lev Lvovitsj Tolstoj

Ilja Repin - Lev Lvovitsj Tolstoj

Op een decemberdag van het jaar 1896 maakt graaf Lev Tolstoj zijn dagelijkse wandelingetje op zijn landgoed Jasnaja Poljana, wanneer hij een stoet van dertig sleden naar zijn woonhuis ziet rijden. Boeren leggen de wereldberoemde schrijver uit dat daar de bruidsschat van zijn Zweedse schoondochter voorbijkomt. Die schoondochter (Dora) woont met haar echtgenoot, Lev Tolstoj junior, in een vleugel van het woonhuis en heeft meubels, serviesgoed en wat al niet laten overkomen uit haar vaderland.

Tolstoj, prediker van soberheid, is verbijsterd. De luxe waarmee zijn zoon en schoondochter zich omgeven, is hem een doorn in het oog. Toch, vergeleken bij de andere, veelal niet-materiële zaken die de omgang tussen vader Lev en zoon Lev ernstig vertroebelen, zijn die dertig sleden slechts klein bier.

De moeizame verhouding tussen de beide Levs en de trieste levensloop van de jongste staan centraal in het boek Lev in de schaduw van Lev van Tolstoj-kenner Pavel Basinski. Het is diens derde, en opnieuw zeer lezenswaardige boek over Tolstoj. Het sluit naadloos aan bij zijn eerste (Vlucht uit de hemel), waarin hij de helse familieperikelen in Tolstojs latere leven fileert. Het tweede, De heilige tegen Lev, valt er enigszins buiten. Over deze twee eerdere boeken van Basinski schreef ik hier en hier.

Basinski Tolstoj
Tolstoj Basinski Kronsjtad
Lev Tolstoj Basinski


Lev junior, een van Tolstojs dertien kinderen (vijf van hen stierven jong), had een gelukkige jeugd. Niets wees erop dat hij zou uitgroeien tot een labiel persoon met grootheidswaanzin en depressies, die zich voortdurend vertilt aan een hopeloze strijd met zijn imposante vader. De jonge Lev probeert van hem los te komen, maar gaat in hetzelfde huis wonen op Jasnaja Poljana, het landgoed dat hij niet kan missen. Hij heeft ambities als schrijver, maar het werk dat van hem verschijnt, wordt nauwelijks serieus genomen. Aanvankelijk is hij een volgeling van zijn vaders leer, maar keert zich later in artikelen en boeken tegen hem – tot vermaak van de pers, die dit conflict tussen vader en zoon breed uitmeet. Het schrijnendste voorbeeld is De Prelude van Chopin, een boekwerkje waarin de jonge Lev De Kreutzersonate van zijn vader onderuit wil halen en de zegeningen van het huwelijk bezingt. “Een onvoorstelbaar talentloos werk”, schrijft Basinski.

vader zoon lev Tolstoj

Dat loflied van Lev junior op het huwelijk komt in een nogal treurig daglicht te staan, wanneer de auteur uiteindelijk een puinhoop maakt van zijn eigen huwelijk met de Zweedse Dora. Hij neemt zijn gezin mee naar Parijs, waar hij zich wil ontwikkelen als beeldhouwer (hij heeft enig talent). Hij valt voor de charmes van een jonge beeldhouwster en vertelt Dora dat hij wil scheiden. Zo ver komt het niet, maar enkele jaren later vertrekt hij naar Amerika voor een serie lezingen (over zijn vader …) in gezelschap van zijn minnares, de Franse gouvernante van de kinderen van zijn broer Michail. De gouvernante verlaat hem, waarna hij – inmiddels echt gescheiden – in Parijs trouwt met een zigeunerin die nauwelijks kan lezen of schrijven. Achtervolgd door gokschulden keert hij terug naar Rusland, waar hij de tsaar in een aantal brieven zijn hulp aanbiedt om Rusland te redden van de ondergang.   

Na de Revolutie van 1917 weet Lev junior weg te komen naar Europa. Na wat omzwervingen krijgt hij onderdak bij zijn zonen in Zweden – beter dat, redeneren zij, dan steeds weer geld over te maken dat binnen de kortste keren wordt vergokt. Lev junior laat zich bij herhaling uiterst negatief uit over zijn vader, die hij schuldig acht aan zijn eigen, grotendeels mislukte leven – waarmee hij onbewust het bewijs levert dat hij het gevecht met de grote Lev heeft verloren. Hij is nooit van hem losgekomen.

Lev junior overlijdt op 18 oktober 1945 in Helsingborg. De laatste notities in zijn dagboek zijn pijnlijk om te lezen. “Ik gedraag me verschrikkelijk.” “Sterk zijn.” “Bidden.” Geen wodka drinken.” “Hartstochten in bedwang houden.” 

(Van Basinski's Vlucht uit de hemel is een Engelse vertaling verschenen. Zeer aanbevolen!)