Busrit door een verdoofde stad – Sint-Petersburg tijdens corona.

————————

Zagorodny Prospekt © Alex Fedorov, Wikimedia Commons

————————

Wie hij precies is, weet ik niet, maar hij houdt van Sint-Petersburg. Hij beheert een bescheiden YouTubekanaal en noemt zichzelf flackelf. Hij stapt bij het Finland station op de bus voor een lange rit naar het Toergenev plein. Hij gaat medicijnen brengen bij iemand die slecht ter been is. Na een klein stukje van de route pakt hij in de Koejbysjev straat zijn telefoon en begint te filmen: de straten van de stad tijdens corona. Hij geeft commentaar, maar is door zijn mondkapje lastig te verstaan. Toch ontpopt hij zich als een prima gids. Keurig noemt hij de bezienswaardigheden op, zoals de magnifieke villa van Matilda Ksesjinskaja (1.45) en even later de Petrus en Paulus-vesting. Pas op en na de brug over de Neva begint op te vallen hoe leeg de straten echt zijn. Bij de passage van de Nevski Prospekt wordt het beklemmend. Je schrikt ervan. De beroemdste straat van de stad lijkt wel verdoofd. Deel 1:

———————

“Een prima tijd voor een excursie door de stad met een bus”, zegt onze reisleider, die duidelijk groeit in zijn rol. Hij gaat verder dan het benoemen van het stedelijk landschap en uit bijvoorbeeld zijn verbazing over de prijs van mondkapjes, te koop bij een apotheek (5.47): 50 roebel. Drie keer zo duur als normaal, meldt hij. Ondertussen worden de haltes, nogal vervreemdend, aangekondigd met dezelfde opgewekte stem als voorheen. Ook de (gesloten) theaters in de buurt worden keurig genoemd. En daar is het Hooiplein; vanaf de Nevski tot hier was het deze keer maar vier, vijf minuten. “Normaal ben je te voet soms sneller.” En eindelijk stappen er ook andere passagiers in (7.27). Tot dan toe had onze reisleider alleen gezelschap gehad van de conductrice, die af en toe zit te bellen – wat moet ze anders.

———————-

We zijn nog steeds op de Sadovaja. Een gesloten bloemenwinkel, meldt de reisleider. En de kapper, ook dicht. “Kennelijk zijn de haren opgehouden te groeien met het coronavirus.” En voor wie zijn kennis van het Russisch wil uitbreiden, is hier misschien een nieuwe uitdrukking: sommige cafés werken nog wel, vertelt onze gids, maar alleen на вынос / om mee te nemen. Op 4.23 kondigt hij een mooi plekje aan: de Nikolski kathedraal, en hij wijst op het hek langs het Girbojedovkanaal: dat hek herinnert zich Poesjkin en Dostojevski nog, zegt hij. “Dat staat er en staat er, en ‘overstaat’ [prachtig: перестоит, als ik dat tenminste goed versta] ook ons en nog veel meer generaties.”

En dan is de rit voorbij: “Ik ga er bij de volgende uit. Dat was het, we nemen afscheid.” 

———————

Nog heel even filmt onze reisleider de straat. Je hoort hoe door een luidspreker de corona-maatregelen nog eens worden omgeroepen. En dan zegt hij: “De gelukkigste wezens zijn nu de honden. Die hebben nog nooit zo veel en zo lang gewandeld! Zo veel honden als nu heb ik nog nooit gezien.” 

——————-

Lezend (tevergeefs) op zoek naar geborgenheid bij Nino Haratischwili en Vasili Sjoeksjin.

————————

Nino Haratischwili

Boeken in tijden van corona. Terwijl – ik overdrijf – de pest door de straten waart, zit je onder de schemerlamp en sla je de bladzijden om, op zoek naar een beetje geborgenheid. Dan kom het slecht uit dat je juist een boek in handen hebt dat gaat over ontheemding en geweld (Nino Haratischwili) of waarin een van je favoriete schrijvers (Vasili Sjoeksjin) deels van zijn voetstuk valt. 

In 2003 wordt een Russische officier veroordeeld wegens oorlogsmisdaden in Tsjetsjenië: Joeri Boedanov wordt schuldig bevonden aan de ontvoering van en de moord op een Tsjetsjeens meisje. De geweldsdaad in het bergdorpje, tijdens de Eerste Tsjetsjeense Oorlog, staat centraal in De kat en de generaal, de tweede roman van de in Duitsland wonende Georgische Nino Haratischwili. Van het boek verscheen eind vorig jaar een Nederlandse vertaling.

De jaren negentig van de vorige eeuw vormen het decor. In een wijd uitwaaierend verhaal schrijft Haratischwili over de ontheemding en ontwrichting, van mens en maatschappij, in delen van de voormalige USSR, en ook in de emigrantengemeenschap in Duitsland. De grootste ontwrichting (als je die ‘vriendelijke’ term mag gebruiken voor een oorlog) vindt plaats in Tsjetsjenië. In het boek komen de daders en getuigen van de moord op de Tstetsjeense Noera niet meer los van het geweld. Ze dragen het met zich mee, ook nadat de oorlog al is afgelopen, en gaan er uiteindelijk zelf aan ten onder.

De zachtmoedige Aleksandr Orlov gaat tegen zijn wil het leger in (hij moet de familietraditie in ere houden) en komt er zwaar beschadigd uit. Meedogenloos bouwt hij daarna een zakenimperium op, wat hem de mogelijkheid biedt om op zoek te gaan naar rechtvaardigheid voor de nabestaanden van Noera. Dat hij zelf betrokken was bij de moord op de Tsjetsjeense (lang blijft onduidelijk op wat voor manier), geeft zijn poging tot wiedergutmachung een extra laag. Een Duitse  onderzoeksjournalist zit hem ondertussen flink op de huid, met fatale gevolgen.   

De kat en de generaal is niet overal even positief ontvangen. Te belerend en te sentimenteel, zo oordeelde bijvoorbeeld NRC-Handelsblad. Zelf had ik wat moeite met het plot, dat gaandeweg minder geloofwaardig wordt. Haratischwili maakt dat echter meer dan goed met haar schetsen van bijvoorbeeld de emigrantengemeenschap in Duitsland, een verzameling van nostalgici die uit de tijd zijn gevallen. Wie weleens in die kringen verkeert, weet hoe treffend Haratischwili hier te werk is gegaan. Verder kan ik me zo gauw geen boek herinneren dat zo helder beschrijft wat er gebeurt met een samenleving, wanneer daar opeens onder iedereen het vloerkleed wordt weggetrokken, zoals dat de inwoners van de USSR overkwam. NRC-Handelsblad heeft het over “geschiedenislesjes” die door Haratischwili worden opgelepeld, een typering die zwaar overdreven is. Wie een idee wil krijgen van wat Rusland in het laatste decennium van de vorige eeuw is overkomen, beveel ik De kat en de generaal ten zeerste aan. De wonden zijn nog lang niet geheeld en vooral de ‘Tstsetsjeense zweer’ klopt onheilspellend verder. (Overigens werd Joeri Boedanov in 2011, twee jaar na zijn vervroegde vrijlating, in Moskou op straat vermoord.) 

Met enige aarzeling nam ik Sjoeksjin. Een eerlijke biografie (van Sergej Tepljakov) ter hand. Wist ik al niet voldoende over het gekwelde bestaan van een van mijn favoriete Sovjet-schrijvers? Over zijn gekmakende gevechten met de censuur, zijn strijd tegen de alcohol, zijn getormenteerde liefdesleven met vrouwen her en der, over zijn vroege dood op het moment dat hij niet alleen als schrijver, maar vooral ook als acteur en regisseur de weg naar het grote publiek had gevonden? Zijn succes hielp hem weinig bij zijn eeuwige getwijfel; of hij de filmwereld niet vaarwel moest zeggen en moest kiezen voor zijn schrijverschap. Kon hij niet beter weg uit Moskou om terug te keren naar zijn geboortedorp in de Altaj, om daar te schrijven, schrijven, schrijven? Sjoeksjin zat gevangen in schuldgevoel, tegenover zijn gezin dat hij verwaarloosde (als acteur/regisseur was hij voor opnames vaak wekenlang ver weg van huis), en tegenover ‘het Russische dorp’, zijn belangrijkste thema. Hij kaartte de problemen van de dorpen aan, maar deed dat wel vanuit de moderne, grote stad. Het voelde soms als verraad.

Maar tussen al dat bekende kwam ik ook wat nieuws tegen. Twee vrouwen met wie hij veel meer dan een vluchtige verhouding had, vertellen los van elkaar in duidelijke bewoordingen dat hij losse handen had en flink kon slaan. Huiselijk geweld en Sjoeksjin, de auteur van verhalen die overlopen van compassie en mededogen voor de ‘kleine’, kwetsbare mens … Het was wel al bekend (Tepljakov citeert uit eerder gepubliceerde gesprekken met beide vrouwen), maar  ik wist het niet en vond het ontluisterend om te lezen. Ik kan het niet rijmen met de kleur en toon van zijn verhalen.

Hier drie van die verhalen. Ik had de audioversie ooit op cassettebandjes en liep er met een walkman op mee door het huis. Díe versies heb ik niet kunnen vinden, maar deze mogen er ook zijn, vooral die van acteur Michail Oeljanov. Vanaf 16.19 leest hij bijvoorbeeld Osen (Herfst). (U kunt hier meelezen met de tekst.)

Het blijven prachtige verhalen, zoals Sjoeksjin er vele schreef. En ik zal me blijven herinneren hoe ik door die verhalen getroffen werd. En ook zal ik er best nog wel eens een paar herlezen, maar in mijn hoofd hebben ze nu wel een ongrijpbaar rafelrandje.

Een eerlijke biografie is een prima gids voor wie benieuwd is naar de mens achter de schrijver en filmmaker Vasili Sjoeksjin (1929-1974). Jammer voor mij is wel dat er relatief veel aandacht in besteed wordt aan Sjoeksjins werk als acteur en regisseur, terwijl hij voor mij in de allereerste plaats schrijver is. Ik kan me vergissen, maar ik denk ook dat Sjoeksjin uiteindelijk vooral als schrijver zal worden herinnerd.

——————-

Van een heel andere orde is het boek Оскорблённые чувства (Gekrenkte gevoelens) van Alisa Ganijeva. De in Dagestan geboren Ganijeva heeft in korte tijd een plekje veroverd in het Moskouse literaire establishment, als criticus, radio- en tv-presentator en ook als schrijver. De Engelse krant The Guardian gaf haar in 2015 een plaatsje op de lijst van dertig invloedrijkste Moskovieten jonger dan 30 jaar. Gekrenkte gevoelens is Ganijeva’s eerste boek zonder Kaukasisch kleurtje. Het speelt zich af in een Russische provinciestad, waar de lokale elite met touwtjes van corruptie aan elkaar vastzit. Iedereen heeft wel wát op z’n geweten en is daardoor kwetsbaar. En wanneer één jongedame, gekwetst in de liefde, voor verklikker gaat spelen, vallen de ambtenaren, directeuren en de kleine luyden om hen heen als dominostenen om.

Gekrenkte gevoelens is bedoeld als aanklacht tegen het regime van Poetin, las ik in een recensie, waarbij Ganijeva zich denkt te voegen bij Gogol en Saltykov-Sjtsjedrin – en daarbij te hoog grijpt. Dat is onzin, zo veel pretenties straalt het boek helemaal niet uit. Het is aangenaam verteerbare satire, een mengeling van een lichte detective met, vooruit, maatschappijkritiek. In de verte (heel in de verte) deed Gekrenkte gevoelens me denken aan Vladimir Vojnovitsj; soms even laconiek, maar lang niet zo scherp. Ik las het met plezier, en kwam zo even bij van Sjoeksjin en Haratischwili. (Hier nog een lezenswaardige recensie van de hand van Roman Sentsjin.)

Met weinig plezier daarentegen las ik Памяти, памяти / Pamyati, pamyati (ik weet niet hoe je dat moet vertalen) van Marija Stepanova. Uit de artikelen die ik erover las, meende ik al af te leiden dat het boek niet aan mij besteed zou zijn. Maar die artikelen waar tegelijkertijd zo lovend, dat ik dacht: laat ik het toch maar proberen. Pamyati, pamyati gaat deels over de geschiedenis van Stepanova’s familie, maar vooral over de manier waar op het menselijk geheugen werkt. Het is veel meer een filosofisch traktaat dan een familieroman. “De geschiedenis is lek geraakt, het geheugen stroomt naar buiten, en wat we daarmee nu moeten, is aan onszelf om te beslissen”, aldus een recensie van Radio Svoboda, geciteerd op de achterflap. En volgens een tweede recensie voegt Pamyati, pamyati de pre-revolutionaire cultuur, de Sovjet- en joodse wereld samen in het lot van één familie. Ik heb het er niet uit gehaald en heb het boek na 150 pagina’s (van 400) weggelegd.

—————-

Russische les met een Corona-lied.

——————

————————-

Kijk, stelletje suffe BN’ers, met je kleffe corona-lied, zó doe je dat. En voortaan eerst even naar de Russen kijken (en luisteren), voordat je je mond opentrekt.

Ik heb het bange vermoeden dat Rusland het de komende tijd zwaar voor de kiezen krijgt, veel zwaarder dan wij hier. Het voelt dan ook wat wrang om onderstaand lied onder de aandacht te brengen, maar toch; ‘leuker’ lesmateriaal kan ik me even niet voorstellen.  

En dus, beste leerlingen, aan de slag! Luister en leer uit het hoofd! De complete tekst, zou ik zeggen. U maakt daarmee, dat garandeer ik, goede sier bij uw Russische vrienden (en misschien ook vriendinnen – ik weet niet in welke kringen u zoal verkeert.) Het lied is van de onvolprezen Semjon Slepakov, aan wie ik eerder al een lovend stukje (met muziek) wijdde.

——————-

De complete tekst staan onder aan dit stukje. Een complete Engelse vertaling is er al, ik parafraseer het refrein: we vonden het leven tot voor kort hier allemaal k** (мы по уши в говне), maar nu we dat virus hebben, blijkt dat eigenlijk een gouden tijd (тогда всё было заебись!). Coronavirus, k**-virus, optyften! (сраный вирус, отъебись!).

De coupletten, waarin het virus wordt toegesproken, mogen er ook wezen. Waarom ben je zo walgelijk, virus, waarom ben je onze kant opgekomen? Ben je kwaad geworden, omdat je in keutels zat, in vleermuizen, in dooie ratten (в какашках, мышах летучих; И в дохлых крысах)? En dacht je: ik zal ze laten zien wie de baas is (кто здесь папа)?

Maar luister, virus, wij lijken erg op elkaar, we wonen in Rúsland, jouw problemen komen ons bekend voor (Мы же ведь тоже живём в России, И нам твои проблемы знакомы). Wij hebben het ook zwaar, maar wíj maken geen oude mensen dood. We maken hun het leven niet makkelijk, maar vermoorden, dat is overdreven (Но стариков мы не убиваем,  Жизнь им, конечно, не облегчаем. Но убивать их – это уж слишком).

Wij kunnen de wereld ook wel laten zien wie er gvd de baas is (кто тут нахуй папа), maar wij houden ons in, we hebben alleen de Krim ingepikt (Крым лишь забрали). Sodemieter op, terug naar de reet van een rat, steek je neus verder niet in de onze. Laat iedereen, gvd, in zijn eigen reet zitten, en laat ieder verder zitten waar ie zit. (Вали обратно ты в жопу крысы, А в нашу жопу больше не суйся. Пусть сидит каждый в своей, блядь, жопе, И не мешает сидеть другому). De vertaler heeft het hier overigens lastig, omdat ЖOПА zowel reet als rotzooi betekent.

Laat het weer een rotzooi zijn in ons land, laten ze de grondwet vijftien keer per week veranderen, laten ze schijt hebben aan onze rechten, laat China ons hout uitvoeren, laten ze de pensioensleeftijd verhogen tot 72, … Пусть будет снова всё, как когда-то, заебись!  Коронавирус, коронавирус, ну отъебись!

———————-

Zo, BN’ers, ga daar even een puntje aan zuigen en laat ons verder met rust. En, beste leerlingen, zoek voor mij even op wat хоба betekent, want dat woord ken ik niet. (Overigens heb ik dat hele Nederlandse corona-lied nog niet gehoord, maar ik kan er met mijn oordeel onmogelijk ver naast zitten.)

————————

У нас была куча проблем,
Мы были все недовольны всем.
Мы говорили, что уж лучше, сука, сдохнуть,
Чем жить вот так.

Что мы по уши в говне,
И жопа в стране.
И в Думе много воров,
И в фильмах только Петров…
Повсюду пробки, воздух грязный,
Солнца нету, и гаишник — мудак…

Припев:

     Но, оказалось, тогда всё было заебись!

     Коронавирус, коронавирус, отъебись!

     Но, оказалось, что тогда всё было просто заебись!

     Коронавирус – сраный вирус, сраный вирус, отъебись!

 

Пусть будет снова жопа в стране,
Хотим мы жить в нашем милом говне.
Пусть Конституцию меняют хоть в неделю
Пятнадцать раз.

Пусть срут на наши права,
В Китай увозят дрова,
Пусть пенсионный возраст делают хоть в 72
И дружно пиздят наши клёвые омоновцы
Дубинками нас.

Коронавирус, коронавирус, ну отъебись!
Пусть будет снова, будет снова всё, как прежде, заебись!
Коронавирус – сраный вирус, сраный вирус, отъебись!

Коронавирус, коронавирус,
Ну почему ты такой противный?
Ты объясни нам, коронавирус,
Чё ты до всех до нас докопался?

Возможно, просто ты разозлился,
Что ты родился в какой-то жопе,
Что был в какашках, мышах летучих;
И в дохлых крысах ты тусовался.

И вот ты вышел такой, бля, хоба:
Ща покажу вам, кто здесь папа,
Всех вас заставлю меня бояться,
Руки, блядь, мыть, сидеть, сука, дома.

Но ты послушай, коронавирус,
Мы ведь с тобою очень похожи,
Мы же ведь тоже живём в России,
И нам твои проблемы знакомы.

Нам тоже плохо, нам тоже сложно,
Но стариков мы не убиваем,
Жизнь им, конечно, не облегчаем.
Но убивать их – это уж слишком.

Мы тоже можем всем на планете
Вмиг показать, кто тут нахуй папа,
Но мы же терпим, Крым лишь забрали,
Мягкая сила – вот наша фишка.

Где твои скрепы, коронавирус?
Помни, отчизну не выбирают.
Много на свете есть мест прекрасных,
Но ничего нету лучше дома.

Вали обратно ты в жопу крысы,
А в нашу жопу больше не суйся.
Пусть сидит каждый в своей, блядь, жопе
И не мешает сидеть другому.

Хватит злиться, коронавирус,
Ты только глянь, какой ты красивый:
Такой весь круглый, такой в цветочках,
Выглядишь просто заебись!

Займись там в жопе контролем гнева,
Сходи к психологу, помедитируй
И полюби себя, коронавирус,
А от нас ты отъебись!

Припев:

     Пусть будет снова всё, как когда-то, заебись!

     Коронавирус, коронавирус, ну отъебись!

     Пусть будет снова, будет снова всё, как прежде, заебись!

     Коронавирус – сраный вирус, сраный вирус, отъебись!

Alain Delon contra Alla Poegatsjova. Operette in Sibirië.

——————-

Een Franse filmster naast een Russische generaal eind jaren negentig in Krasnojarsk, Siberië… Bien étonnés de se trouver ensemble, zoals de Fransen dan zeggen, en ik keek er ook van op. Alain Delon en Aleksandr Lebed, wat deden die daar samen op dat podium, op 23 april 1998, om precies te zijn?

Het verfijnde, gesoigneerde uiterlijk van Delon zal zwaar gedetoneerd hebben bij de grauwige stad, in het grijze, want nog vroege Siberische voorjaar. En ook het contrast met de bassende Lebed, die zijn kleren beslist niet uit Parijs betrok, kon bijna niet groter …

Embed from Getty Images

Delon en Lebed hadden elkaar ruim een jaar eerder bij toeval ontmoet in Parijs, waar ze te gast waren in hetzelfde tv-programma. In latere interviews, terugkijkend op die eerste ontmoeting, vertelde Delon dat het meteen klikte, dat hij een verwantschap voelde met de generaal. Als zeer jonge vent had Delon in 1953-1954 gediend in Frans Indo-China. “We begrepen wat ons bond: we waren beiden soldaat. En we zijn echte mannen. Onze relatie was een voorbeeld van echte mannenvriendschap”, aldus Delon in 2002. Toen de generaal hem in 1998 om hulp had gevraagd,  was hij op het vliegtuig gestapt om een uur of acht later te landen in Krasnojarsk.

Daar waren op dat moment de campagnes gaande voor de gouverneursverkiezingen van de regio Krasnojarsk. Lebed nam het daarin als Moskouse buitenstander op tegen de zittende gouverneur Valeri Zoebov en werd kansloos geacht. De generaal was in 1996 derde geworden in de eerste ronde van de Russische presidentsverkiezingen, en had zich vervolgens geschaard achter kandidaat Boris Jeltsin, die in de tweede ronde Gennadi Zjoeganov versloeg. Lebed was daarna enige tijd voorzitter van de Nationale Veiligheidsraad. In die hoedanigheid sloot hij een vredesakkoord met de Tsjetsjeense president Aslam Maschadov, waarmee een einde kwam aan de Eerste Tsjetsjeense Oorlog. Dat had hem populair gemaakt, maar of dat voldoende zou zijn voor de verkiezingswinst in Krasnojarsk, werd alom betwijfeld. (Het filmpje hieronder is ruw, ongemonteerd materiaal. De stralende dame tussen Lebed en Delon in, is de echtgenote van de generaal. Lebed, dit even terzijde, was een ramp als je die moest ondertitelen. “Bassend”, schreef ik hierboven - nou het was toch vooral zwaar mompelend.)

——————

Gouverneur Zoebov mocht dan wel favoriet zijn, qua uitstraling was hij nou niet echt een mannetjesputter. Om dat een beetje te compenseren, kreeg hij tijdens zijn campagne gezelschap van de Moskouse burgemeester Joeri Loezjkov, een echte macher. Of de komst van Delon hier een antwoord op was of dat Lebeds campagneteam (of hijzelf) hem al eerder hadden uitgenodigd, weet ik niet. Evenmin weet ik hoe je de operetteachtige taferelen daar in Krasnojarsk het best kan omschrijven: bizar, briljant, zinloos, gênant? (Ik heb geprobeerd om een Nederlandse variant te bedenken; mijn fantasie blijft steken bij Alexander Pechthold met naast zich Kevin Costner.)

Embed from Getty Images

————————-

Poegatsjova en Zoebov

Tot ieders verrassing ging de overwinning in de eerste ronde toch naar generaal Lebed, met 45 procent van de stemmen, tegen 35 procent voor Zoebov en 13 procent voor de communistische kandidaat Pjotr Romanov. Die overwinning, zo wordt aangenomen, was vooral te danken aan de slappe, ongeïnspireerde campagne van Zoebov, en veel minder aan de aanwezigheid van een Franse filmster. Hoe dan ook besloot Zoebov voor de tweede ronde ook maar eens wat te proberen. Hij haalde Alla Poegatsjova naar Krasnojarsk! Een diva van heb ik jou daar, die kwam aangevlogen met haar eigen vliegtuig met daarop in grote letters ALLA. De zangeres, onaantastbaar populair, sprak haar steun uit voor de zittende gouverneur. Baten deed het niet. Generaal Lebed won in zijn eentje (vriend Delon was allang naar huis) ook de tweede ronde, met 57 procent van de stemmen.

Lebed kwam in 2002, nog steeds in de hoedanigheid van gouverneur, bij een helikopterongeluk om het leven. Vier jaar later vertelde Delon aan de Izvestija dat hij het nog steeds moeilijk had met de dood van de generaal. Onderhield hij nog contact met diens weduwe, Inna? “Helaas niet. Maar een foto van de generaal en zijn vrouw staat in mijn slaapkamer naast een foto van generaal De Gaulle.” Delon had twee puppies van Lebed gekregen, Tsjara en Sjalva, twee Siberische Laika’s. Hoe was het met hen? “Dat zijn mijn twee trouwste honden. Ik heb nog tien anderen, maar alleen Tsjara en Sjalva blijven ’s nachts bij mij binnen”, aldus Delon in 2006. Ik heb niet uitgezocht hoe het nu is met Tsara en Sjalva.

En ondertussen vraagt iedereen die een beetje bekend is met de Russische popmuziek uit de jaren tachtig zich nu af: kende Alain Delon dat nummer van Nautilius Pompilius, waarin hij een hoofdrol speelt? Dat moet haast wel, maar in de interviews die ik met hem tegenkwam, komt het niet ter sprake. Dat is natuurlijk  een flinke omissie. Hier is dat nummer. Ik schreef er ooit een stukje over.

————————-

Afgevaardigde Darja Besedina vertelt de dieven van Poetin waar het op staat

———————-

———————

Eindelijk kan ik weer eens een stukje schrijven met vieze woorden erin. Dat vind ik leuk – en mijn lezers ook; dat soort stukjes – dat kan ik keurig nagaan – behoren tot de populairste op dit blog.

Dat ik me weer eens op taalkundig-scabreus terrein kan begeven, is te danken aan Darja Besedina, afgevaardigde van de partij Jabloko in de Moskouse stadsdoema. Daar werd onlangs het voornemen besproken om het aantal termijnen van president Vladimir Poetin terug te zetten naar nul, zodat hij - onoverkomelijke fysieke problemen daargelaten – gewoon tot 2036 kan blijven zitten waar hij zit. Dit politieke huichelstukje wordt in het Russisch aangeduid met het woord обнуление/obnoelenije, en in het Nederlands (en in het Engels, dat maakt tegenwoordig steeds minder uit) met reset

Maar laten we, voordat we over de vieze woorden beginnen, eerst even luisteren naar wat Besedina (1988) vindt van die reset. In duidelijke (nette) taal sprak zij de leden van de lokale doema toe. (Onder het filmpje heb ik een paar zinnen vertaald.)

“De macht in ons land is al vele jaren in handen van één gecorrumpeerde clan met president Poetin aan het hoofd. / Ze bedriegen de bevolking van Rusland en zaaien angst. / Ze stelen geld. De overheidsmachine is van onder tot boven gecorrumpeerd. / Ze vermoorden mensen. De siloviki (een verzamelnaam voor de geheime dienst, het leger en de hoogste juridische instellingen – EH) zijn veranderd in waardige voortzetters van de zaak van de NKVD. /  Het verschrikkelijkste is dat zij ons land van zijn toekomst beroven. / [Vladimir Poetin] heeft het instituut van democratische, eerlijke verkiezingen vernietigd om de macht met beide handen vast te houden. / We moeten deze schandelijke bladzijde van de geschiedenis omslaan. Ik zal tegen stemmen.”

—————————

Bravo Darja, je moet maar durven. En alles dus, zoals ik al opmerkte, in nette bewoordingen. Maar kijkt u nu even naar het opschrift op haar T-shirt: Öбнулись / Öbnoelis… Eh, tja, hoe leg ik dat nu uit. Het betreft hier een nieuw woord, dat zeer snel na de reset, de obnoelenije dus, het Russische internet overvloog. U ziet, de twee woorden lijken erg op elkaar, maar qua betekenis staan ze nogal ver van elkaar af. Die O met een umlaut bestaat in het Russisch helemaal niet, maar elke Rus begrijpt dat door die twee puntjes het accent van de derde lettergreep (obnoelénie) naar de eerste verspringt. Verder hoort elke Rus in gedachten (vraag me niet hoe dat linguistisch-fonetisch precies werkt) meteen ook een J, voorafgaand aan die Ö: Jóbnoelis. En hoe gaan we dat dan vertalen… Daarbij moet worden opgemerkt dat het Russisch qua onwelvoeglijk taalgebruik op een wat ander niveau zit dan het Nederlands – een hoger of lager niveau, dat is maar hoe je het bekijkt. Waar wij met allerlei ziektes in de weer gaan, brengt het Russisch het werkwoord jebat/neuken in stelling, en vaak ook, al dan niet in combinatie daarmee, alle geslachtsdelen die daarbij komen kijken. Het nieuwe woord Öбнулись slaat op de machthebbers, die zijn ‘Van de pot gerukt’, zo zou je het kunnen vertalen. Maar u voelt zelf wel aan, dat dekt de lading niet. Zal ik dan, qua vertaling, maar kiezen voor een variant waarin het Russisch en Nederlands harmonieus samengaan? Ik zeg: ‘Van de pot geneukt.’ En met die tekst op haar T-shirt spreekt Darja de geachte afgevaardigden toe.      

De voorzitter brengt nog een voorstel in stemming om de reglementencommissie naar de “nogal scherpe bewoordingen” (in de tekst, niet op dat shirt) te laten kijken. Zijn die niet in strijd met de wet? Het voorstel wordt verworpen. (Terwijl er volgens mij 14 stemmen voor zijn en 12 tegen, kennelijk een onvoldoende meerderheid, de Doema-procedures zijn mij niet bekend.) Daarna komt een afgevaardigde van Poetins partij Verenigd Rusland aan het woord die het bovenste knoopje onder zijn das niet dicht heeft – wat mij altijd meteen achterdochtig maakt. Volgens hem weerspiegelt het woord op het T-shirt van Besedina haar psychische gesteldheid. De volgende afgevaardigde, van de KPRF, vindt het opmerkelijk dat men valt over dat ene woord, maar dat de inhoud van haar toespraak niet wordt besproken. Nee, de meeste afgevaardigden, en zeker die van Verenigd Rusland, kijken wel uit. En waarom, dat moge blijken uit een venijnige ontmaskering van een van die afgevaardigden door Aleksej Navalny.

Het betreft Ljoedmila Stebenkova (Verenigd Rusland), die sinds 1993 een zetel bezet in de stadsdoema. Zij stuurde een tweet de wereld in met een foto van Besedina in haar veelzeggende T-shirt: “Zo verscheen Darja Besedina, protégee van Navalny, die dankzij hem*) afgevaardigde geworden is in de MGD (Moskouse Stadsdoema – EH). Is dat zijn Prachtige Rusland van de Toekomst?”

Navalny twitterde terug: “Beste afgevaardigde Stebenkova, het uiterlijk van afgevaardigde Besedina houdt mij veel minder bezig dan de bron van de inkomsten waarmee u twee appartementen van 100 m2 hebt gekocht, boven elkaar, en die hebt samengevoegd tot een super elite-appartement van twee verdiepingen. In het Prachtige Rusland van de Toekomst wordt u dat afgenomen en belandt u voor de rechter.”

Kijkt u vooral, om een beter beeld te krijgen van mevrouw Stebenkova, naar onderstaand filmpje dat Navalny (bovenste knoopje dicht!) over haar maakte. Het is gênant en ontluisterend. Vanaf 2.57 wordt het interessant:


Stebenkova zit in de stadsdoema als afgevaardigde voor Ljoeblino, een morsige buitenwijk waar ze aan het begin van haar lange politieke loopbaan nog woonde. In het filmpje is te zien hoe ze bewoners daar vertelt dat ze helaas gedwongen was te verhuizen (“Mijn familie-omstandigheden waren sterk gewijzigd … Ik moest verhuizen, hoewel ik erg van mijn wijk hield.”). Ze belandde in het centrum, waar het haar helemaal niet bevalt (“Er is niet eens een binnenplaats.”). En vervolgens laat Navalny even zien hoe de woonomstandigheden van afgevaardigde Stebenkova zich sinds haar eerste verhuizing hebben ontwikkeld. Kort samengevat: ze bezit inmiddels drie appartementen (twee daarvan, in één flatgebouw, gekocht binnen vier dagen na elkaar, zijn samengevoegd tot één appartement), met een totale oppervlakte van zo’n 375 m2. Stebenkova’s eerste flatje in Ljoeblino telde 38 m2. Met enkel haar ‘eerlijke’ salaris als afgevaardigde heeft ze dit niet kunnen betalen. De onontkoombare conclusie: mevrouw Stebenkova is corrupt en behoort tot de kaste van onaanraakbaren die, aangevoerd door Poetin, Rusland in haar macht heeft, en die door Darja Besedina in duidelijke taal de waarheid wordt gezegd.   

———————

*) Een verwijzing naar Navalny’s strategie van ‘slim stemmen’, bedoeld om de suprematie van Verenigd Rusland bij regionale verkiezingen te doorbreken

Nostalgische versie van Tetris: nu met blokjes van oude Sovjet-flats

———————

Tetris4.jpg

———————-

“Wie in de jaren negentig is geboren, begint nostalgisch te worden. We herinneren ons onze jeugd, de emoties, de simpele blijdschappen. De systeemflats en Tetris waren een deel van die wereld. Bijna iedereen leefde in zulke flats en we waren gelukkig. Daarom zien we die flats niet als iets negatiefs. Daarom zit er in ons spel ook helemaal geen vernietiging, geen neerslachtigheid, niks geen sombere getto’s. Alleen maar mooie nostalgie.” Gedreven door die nostalgie bedacht programmeur Kristina Golkina – zij is hierboven aan het woord – een nieuwe versie van het in de jaren negentig zo populaire spelletje Tetris. In die nieuwe versie worden twee bronnen van nostalgie gecombineerd: het aloude Tetris en de prefab-flatgebouwen uit Kristina’s jeugd. Die flats werden in de jaren zeventig en tachtig overal in de USSR neergezet en worden doorgaans niet erg positief beoordeeld.  

Golkina en drie leeftijdgenoten, werkzaam in de wereld van design en games, staken eind vorig jaar de koppen bij elkaar. Een nieuwe versie van Tetris, met de panelen van de flats uit hun jeugd als bouwsteentjes, zou dat niet geweldig zijn? Ze lieten er geen gras over groeien en het spelletje uit hun jeugd, nu met flatgebouwen uit de steden waar ze opgroeiden, is inmiddels te downloaden in de AppStore en via Google Play.  Hier, in versneld tempo, een voorbeeld, helaas zonder de bijbehorende muziek van Naukograd.


Wie enigszins vertrouwd is met de panelki (zo heten de syseemflats in de volksmond) en de vaak uitgestrekte wijken kent waar dit soort, op het eerste gezicht eentonige, hoogbouw overheerst, zal het verbazen: er bestaat nogal wat variatie; in veel steden hebben de flats een eigen karakter. Voor de eerste vier levels van het nieuwe Tetris kozen de ontwerpers flats uit hun huidige woonplaats Sint-Petersburg en uit de geboorteplaats van drie van hen: Komsomolsk-aan-de-Amoer, Novokoeznetsk en Moskou.  Verder komen nog Akademgorodok, Jekaterinburg en Pripjat aan bod.

Golkina: “Uit Komsomolsk-aan-de-Amoer hebben we gekozen voor de populairste panelki daar, die balkons hebben met een ronde opening, waardoor zo’n flat op een schip lijkt. Alle flats bestaan ook echt. Van Sint-Petersburg zijn ze van het type 1LG-606, van Moskou uit de serie KOPE-85 en van Akademgorodok van het type PG, van woningen voor geleerden met drie meter hoge plafonds. Voordat we een keuze maakten, heb ik met Yandex-karty en Google Maps een reis door de steden gemaakt. Ik was aangenaam verrast dat er in elke stad een eigen stijl was, een eigen decor, eigen details.”

In tegenstelling tot de oerversie van Tetris gaat het tempo bij Tetris PNLK (zo heet de nieuwe versie, waarbij de vier letters uiteraard staan voor panelki) bij een volgend niveau niet omhoog. Zo kan je de flats wat rustiger bekijken en proberen om mooie, rechte blokken te krijgen. Op de garages beneden staan als graffiti de namen van de ontwerpers en in de ramen zijn foto’s van Kristina en designer Sjamil Sachabijev te zien. Fraai detail: het menu heeft de vorm van een intercom bij de voordeur van trappenhuis.   

Kristina Golkina

Er zijn plannen voor een kleine spin-off: over de liften in de panelki. Moet je daar dan alles onderkalken met graffiti? De spiegels kapot slaan? Daar wil Golkina nog niets over zeggen. “De liften, dat is wel een negatieve kant van de panelki. Maar in PNLK is alles vriendelijk, nostalgisch en zijn het alleen maar goede herinneringen.” Aan de spin-off wordt nog niet gewerkt, er moeten eerst nog een paar levels worden toegevoegd aan Tetris PNLK, met dus ook weer flats uit nieuwe steden. Golkina: “Pus een stad als verrassing. Welke dat wordt, kan ik niet zeggen, want dan is het geen verrassing meer.”  Als ik een gokje mag wagen, dan zeg ik: dat wordt vast Voronezj.

———————

De citaten van Golkina komen uit verschillende interviews. Zie hier en hier Dat de nieuwe versie van Tetris uit Rusland komt, is eigenlijk wel logisch; ook de oerversie vindt daar zijn herkomst. Ik schreef daar een paar jaar geleden al eens een stukje over.

Mooie boeken: Aksjonov (twee keer), Karel van het Reve, en hoe MI6 de KGB voor schut zette.

———————-

Vorig jaar verbleef ik een paar dagen in Kazan, aan de Wolga. Ik wist dat er een klein museum was, gewijd aan de schrijver Vasili Aksjonov, in het huis waar hij in de jaren 1938-1948 had gewoond. Maar ik had nog nooit iets van hem gelezen, dus nou ja, wat had ik daar te zoeken… Ik liet het museum links liggen, en daar heb ik nu spijt van. Ik las inmiddels een aantal van zijn verhalen en andere werken, verzameld in een stevige bundel met de titel Звездный билет (naar een van zijn bekendste novelles) en vond het – deels – fascinerend. De complete bundel lezen (bijna 1100 pagina’s) is voor een eerste kennismaking met Aksjonov niet nodig; ik raad in elk geval de eerste twee verhalen van de bundel aan, Коллеги/Kollegi uit 1959 en Звездный билет/Zvjozdny bilet uit 1961, en het laatste, Скажи изюм/Skazji izjoem uit 1983. (De drie titels zijn ook los te vinden.)

Het is intrigerend om te zien hoe Aksjonov (1932-2009) in die eerste twee verhalen binnen de ideologische Sovjet-lijntjes kleurt, maar daarbij toch voldoende ‘wrijving’ weet op te roepen. Op een – naar de maatstaven van nu gemeten – zeer brave manier schets hij hét thema van zijn jonge jaren: een generatie die volwassen wordt in het post-Stalintijdperk, tijdens de zogeheten dooi, en op zoek is naar de zin van het bestaan. Is dat het streven naar persoonlijk geluk? Het nastreven van de grote, zuivere Sovjet-idealen? Of kan dat beide tegelijkertijd? Het is een teken van gedegen schrijverschap dat Aksjonov die vraagstukken met een boeiend plot weet op te dienen, zonder dat de lezer van nu afhaakt, geërgerd door alle ideologische ballast. Daarbij helpt het wel, wanneer die lezer enige weet heeft van de maatschappelijke en historische context van toen; je moet verder kunnen kijken dan het verhaal zelf –  Sovjetlezers deden dat van nature.     

Aksjonov schrijft met alle oprechtheid over zijn eigen generatie, en dat maakt zijn vroege werk zo boeiend. “De samenleving maakte zich los uit de modder en Stalins verschrikkingen en Aksjonov was de belangrijkste stilist van al die veranderingen”, schreef de Literatoernaja Gazeta naar aanleiding van zijn 75ste verjaardag.

De vroeger jaren zestig staan bekend als een periode van hoop en optimisme, maar de  aanhoudende communistische retoriek kan veel van Aksjonovs leeftijdgenoten, en een aantal van zijn personages, al niet meer inspireren. Zelf keert hij zich gaandeweg af van de toch weer steeds strakkere officiële lijn en wanneer in de tweede helft van de jaren zestig de duimschroeven echt worden aangedraaid, met onder meer processen tegen dissidenten, belandt hij als vanzelf in het kamp van het ‘verzet’. In Скажи изюм beschrijft hij een onderdeel van die strijd. Hij voert een groep fotografen ten tonele, die in eigen beheer, buiten de censuur om, een album willen publiceren. Het kat-en-muisspel met de KGB, de verhoudingen tussen de fotografen onderling en de sfeer binnen de intellectuele underground van eind jaren zeventig worden pakkend en met humor beschreven. Jammer alleen dat het verhaal gaandeweg iets te absurdistisch wordt. Скажи изюм is een sleutelroman en geeft indirect de gebeurtenissen weer rond de literaire almanak Metropol. De betrokkenheid bij die almanak kostte Aksjonov uiteindelijk zijn staatsburgerschap, dat hem in 1980 werd ontnomen terwijl hij in de VS verbleef. Tien jaar later kreeg hij het weer terug.

—————————

Tijdens zijn jaren in Amerika gaf Aksjonov aan enkele universiteiten colleges over Russische literatuur. Een aantal van die colleges verscheen afgelopen jaar in de bundel Лекции по русской литературе/Lektsii po roesskoj literatoerje, een zeer prettig leesbaar boek, dat je – aan de hand van een ingewijde – meeneemt naar het literaire Rusland van de jaren zestig. Aksjonov is een gouden bron, die met ‘hoorbaar’ plezier vertelt over de ontwikkelingen die hij mede gestalte gaf. En weer zijn daar die jaren van hoop, met de spannende boeken die verschenen, de Westerse muziek (jazz!, Yves Montand!) en kunst (Picasso!) die opeens, zij het mondjesmaat, toegankelijk werden voor de jonge generatie. Tal van schrijvers komen aan bod, met velen was Aksjonov bevriend, met velen hoopte hij op echt betere tijden. Mooi zijn de ironische, maar niet onvriendelijke portretten die hij schetst van de dichters Jevtoesjenko en Vosnesenski, die de status kregen van popsterren, maar te lang bleven hangen in hun rol van ‘angry young men’. Solzjenitsyn, de dorpsschrijvers, de literaire tijdschriften, ze komen allemaal aan bod, net als de strijd tegen de grijze bureaucraten van de Schrijversbond en de hogere apparatsjiki binnen de partij. Die strijd wordt uiteindelijk verloren, ook door Aksjonov.

———————

Het is ook in die jaren zestig dat een jonge medewerker van de KGB gedesillusioneerd raakt, zijn geloof in de communistische idealen verliest en zich ‘bekeert’ tot de Westerse normen en waarden: Oleg Gordievsky. Hij werkt zich op tot ‘rezident’ in Londen, de hoogste KGB-post in de Engelse hoofdstad, maar is dan allang dubbelspion. Jarenlang speelt hij informatie door aan de Engelsen, die waardevoller wordt naarmate hij stijgt in de rangen. Gordievsky wordt verraden door een CIA-medewerker en wordt teruggeroepen naar Moskou. Het net sluit zich, maar onder de ogen van de KGB ziet hij nog net kans MI6 te waarschuwen (door met een westers boodschappentasje bij een bakkerij te gaan staan – een jaren eerder afgesproken teken). Een ook al jaren eerder bedacht ontsnappingsplan wordt in werking gezet… Ik heb niks met thrillers en spionageboeken, maar dit is een geval apart. Een geweldig verhaal.

———————-

Is het nodig om een boek van Karel van het Reve aan te bevelen? Voor mijn generatiegenoten die de Sovjetunie hebben meegemaakt, beslist niet, maar hoe zit dat met de jeugd van tegenwoordig? In Karel van het Reve voor gevorderden zijn uiteenlopende stukken van de Leidse professor samengevoegd: lofzangen op Willem Elsschot en Toergenev, de beroemde Huizinga-lezing van 1978 waarin hij de literatuurwetenschap fileert, monkelende schimpscheuten aan het adres van Freud en Dostojevski en schetsen uit zijn tijd als correspondent in Moskou. Uiteraard zijn het vooral zijn ‘Russische’ teksten die mij aanspreken. “’s Middags een pakje verstuurd. Het pakjespostkantoor in Moskou is minstens zo interessant als de grote Landbouwtentoonstelling, waar ik trouwens nooit ben geweest.” Waarna een sublieme beschrijving volgt van de wijze waarop hij een pakje naar Amsterdam verstuurd krijgt, waarbij door de kordate juffrouw achter het loket bruine lak, een laken en een naaimachine worden ingezet. Van het Reve leerde in Moskou Andrej Amalrik kennen en bouwde met de jonge dissident een bijzondere relatie op. Het hoofdstuk over hem raakte me flink, mede doordat ik Amalrik een tijdje heb meegemaakt – al was dat zeer oppervlakkig – tijdens diens verblijf in Utrecht. Amalrik komt in Spanje bij een auto-ongeluk om het leven. Van het Reve beschrijft een mortuarium in Madrid, met vele dodenkamers. “Op elke deur hangt een kaartje met de naam van de dode. Daar heb ik Andrej voor het laatst gezien. Zijn naam was de Spanjaarden kennelijk te moeilijk. Er stond alleen maar ‘ruso’. “

Volgens mij is dit boek helemaal niet bestemd voor ‘gevorderden’. De titel zou moeten luiden: Karel van het Reve voor beginners. Jongelui, op naar de boekhandel!

————————