De toverdegen van vijfkamper Onisjtsjenko, de grootste bedrieger in de sportgeschiedenis

———————

————————-

Hij verdween als een dief in de nacht en er werd sindsdien weinig meer van hem vernomen: Boris Onisjtsjenko, in 1976 in Montreal op weg naar Olympisch goud op de moderne vijfkamp. Hij gokte, speelde vals, werd ontmaskerd en verloor alles. Onisjtsjenko joeg een complete sportnatie het schaamrood op de kaken en wordt in de sportwereld wel de ‘grootste bedrieger ooit’ genoemd. Een geluk voor hem bij een ongeluk: er zijn van zijn bedrog geen beelden. Die hadden hem het leven na zijn diepe val alleen nog maar lastiger gemaakt.

Onisjtsjenko mijdt de pers en heeft zich nooit meer uitgelaten over zijn diskwalificatie. Nooit heeft hij willen uitleggen wat hem bezielde; een 38-jarige sportman, gelauwerd en in de USSR genietend van allerlei privileges. Wereldkampioen in zijn tak van sport en ook al in het bezit van een gouden olympische medaille, al was die dan (in 1972) veroverd in de landenwedstrijd en niet als individu.

De moderne vijfkamp is geen olympisch topnummer, het speelt zich, met dat wat eigenaardige mengelmoesje aan onderdelen, altijd een beetje af in de schaduw. Maar juist in de Sovjetunie stond de sport wel hoog aangeschreven, in elk geval bij de autoriteiten. Dat had te maken met de duidelijk militaristische inslag. Wie kent de onderdelen van de moderne vijfkamp uit zijn hoofd?... Schermen, zwemmen (200 meter vrije slag, was in 1976 nog 300 meter), een concours hippique en 3.000 m hardlopen gecombineerd met laserpistool-schieten (lopen en pistoolschieten waren in 1976 nog afzonderlijke onderdelen). De drie man sterke Sovjetploeg was in Montreal de huizenhoge favoriet.

Schermen was het sterkste onderdeel van Onisjtsjenko. Hij had in Montreal van weinig tegenstanders wat te vrezen, maar nam het zekere voor het onzekere. Bij het schermen licht een lampje op het scorebord op wanneer de punt van het wapen voldoende contact maakt met het lichaam van de tegenstander. Onisjtsjenko betrad het strijdperk met een bewerkte degen: in het handvat had hij een knopje aangebracht. Drukte hij dat in, dan lichtte het scorebord op, alsof er contact was gemaakt met de schermer tegenover hem. Tegen de Engelse ploeg (die uiteindelijk het goud pakte) viel de gelauwerde sportman door de mand. “Ik moet niks meer van hem weten”, verklaarde ploeggenoot Boris Mosolov jaren later in een documentaire. “Hij heeft mij en het hele land bedonderd. Het is erger dan doping.”

Onisjtsjenko won zijn drie partijen tegen de Engelsen, volgens verwachting. Maar in zijn tweede duel, met Danny Nightingale, had een score van hem de Engelse wenkbrauwen al doen fronsen; er leek geen contact te zijn gemaakt. In het volgende gevecht tegen Jim Fox werd het nog gekker. Op het moment dat Onisjtsjenko de Engelsman dacht te raken, boog deze nog net naar achteren. Toch lichtte het lampje op: een score voor de Sovjet-schermer! De coach van de Engelsen protesteerde en Onisjtjenko’s degen werd ingenomen voor controle. De partijen gingen verder en met een andere, onbewerkte degen, boekte Onisjtsjenko tegen andere landen de ene na de andere overwinning. De volgende dag kwam de uitslag van de controle: het geheime knopje was ontdekt. Onisjtjenko werd gediskwalificeerd en dat lot trof ook de twee andere leden van de Sovjetploeg, Mosolov en Pavel Lednjov. Zij mochten nog wel meedoen aan het individuele toernooi. Lednjov won daarin zilver. Hier legt Jim Fox uit wat er gebeurde in zijn gevecht met Onisjtsjenko:

——————-

De leiding van de Sovjet-delegatie (kom daar nog eens om tegenwoordig) gaf het bedrog zonder omwegen toe en diende geen protest in. Voor Mosolov en Lednjov waren de druiven zuur. Op hun accreditatie was te zien dat ze moderne-vijfkampers waren en in het olympisch dorp werden ze nagewezen. Mosolov vertelt in de documentaire: “Onze volleyballers kwamen op me af en vroegen: waar zit ie?” Ze hadden Onisjtsjenko mores willen leren. De gevallen vijfkamper werd voor zijn eigen veiligheid, en ook al bij wijze van straf, weggestopt op een schip. 

De officier Onisjtsjenko werd uit het leger ontslagen, verloor zijn sportieve eretitels en werd voor het leven geschorst. The Guardian zette hem in een lijstje van bedriegers in de sport op de eerste plaats. Niet alle bronnen zijn er duidelijk over, maar Onisjtsjenko (Oekraïner van geboorte) zou in Kiev nog wel een baan hebben gekregen als directeur van een sportcomplex. 

Blijft de vraag waarom hij in Montreal zo veel op het spel zette, juist bij het onderdeel waarop hij toch al uitblonk. Daar komt geen antwoord op, zolang hij zelf zwijgt. In de documentaire vertelt een sportjournalist nog wel hoe Onisjtsjenko mogelijk op het idee was gekomen. Twee jaar voor de Spelen van Montreal verscheen het boek ‘Vijf dagen en een heel leven’ van Igor Novikov, tweevoudig wereldkampioen moderne vijfkamp. Novikov schrijft daarin: “Wapens worden altijd streng gecontroleerd. En terecht, want er zijn geslepen vijfkampers, die moet je goed in de gaten houden. In Oekraïne had je een vijfkamper, een heel inventief persoon, die steeds iets aan het uitvinden was met een degen en een pistool. Wat hij met het pistool deed, was niet tegen de regels, maar met de degen was duidelijk iets niet in de haak.” De ‘uitvinder’ won van tegenstanders die hun wapen minder goed ‘op orde’ hadden. Die “inventieve” schermer was niet Onisjtsjenko, maar hij zal het boek van Novikov ongetwijfeld gelezen hebben…

Hier de genoemde documentaire:

Bericht uit Voronezj: IC3PEAK treedt op - of: hoe de overheid de jeugd verliest

——————

—————————-

“Welkom in de jaren 80”, zegt een meisje in Voronezj. Ze is fan van de groep IC3PEAK, die voor een optreden in haar stad met de trein is afgereisd uit Moskou. In een korte film is te zien hoe de lokale autoriteiten het optreden proberen te dwarsbomen en daar deels in slagen. Nu verbleef ik zelf in de jaren tachtig langere tijd in Voronezj, maar dat was nog onder partijleider Brezjnev. En onderhuids zal er al het een en ander gaande zijn geweest, maar ik heb daar nooit iets van gemerkt; ik had (en heb) daar geen antenne voor. Het meisje zal vooral doelen op de latere jaren tachtig, toen er, wel duidelijk zichtbaar (zelfs voor mij), van alles naar buiten brak qua opstandige-jongerencultuur.  

Van IC3PEAK werden het afgelopen jaar meerdere concerten verboden, omdat hun ‘extremistische’ teksten zouden aanzetten tot zelfmoord. De film van het optreden in Voronezj (Engels ondertiteld) laat de botsing zien van jongeren met ‘het systeem’. Dat is ongetwijfeld van alle tijden, maar de kloof die hier zichtbaar wordt, doet bitter aan. Ik waag me niet aan sociologische vergezichten (ieder zijn vak), maar hoe groot is het verlies niet dat de autoriteiten hier lijden? De jongeren, bepaald niet bang, hebben hun de rug toegekeerd, en uit de manier waarop dat gebeurt, lijkt me dat niet meer goed te komen. (Het optreden in Voronezj was in december 2018, de film ging eergisteren in première.)

Russische humor tijdens corona – musea en bibliotheken missen hun dommige bezoekers

————————

———————-

Culturele instellingen zitten in Rusland net als bij ons vanwege corona op slot, en het personeel heeft het er moeilijk mee. Het is stil in de zalen, bij de kassa, de garderobe, zo stil dat zelfs de bezoekers die altijd voor ergernis zorgden nu erg worden gemist. Waar zijn jullie? Kom zo snel mogelijk weer op bezoek! Echt, we zullen ons nooit meer ergeren aan domme vragen of boos worden, wanneer iemand weer eens met zijn tengels ergens aan zit.

Het Poesjkin Theater in Krasnojarsk begon ermee en kreeg al snel navolging. Overal tonen suppoosten, rondleiders, bibliothecaressen en dames van de garderobe hun noodkreet. “Niemand vraagt meer om een boek uit zijn jeugd te vinden zonder dat hij schrijver of titel nog weet”, zo geeft de bibliothecaresse hierboven uiting aan haar heimwee. Hieronder een verdere selectie. Mogelijk volgt er nog een tweede, want zulk gevoel voor humor doet iedereen goed.

Niemand vraagt meer: u hebt zeker veel gelezen?

Niemand noemt een zwaan nog een gans

Niemand vraagt meer of hij het pak mag passen

Niemand vraagt meer: smaakt het net als vroeger?

———————-

Niemand vraagt waarom we ze doodgemaakt hebben

Niemand knabbelt nog aan de ‘soesjki’ aan de samovar

Niemand probeert meer een riddergevecht te houden met dit strijkijzer

Niemand eist nog dat Harry Potter wordt verwijderd vanwege recepten van gevaarlijke toverdrankjes

Niemand vraagt: * Is het huisje echt? * Waar sliep Lermontov? * Wat at de dichter? * Heeft hij over deze stenen gelopen? * Waar, waar is de Elbroes te zien?

———————-

Niemand vraagt nog: leven ze?

Niemand mikt meer met een boog op de zaalwachter

Niemand meer die mij een muts noemt

Niemand zegt nog dat Dmitri Donskoj op Vladimir Petrovitsj lijkt

———————-

Niemand meer die denkt dat ik een hond ben

Samuel, de poes van het stadsmuseum van Oelan-Oede: Niemand aait me meer

Niemand vraagt meer om hangertjes

Niemand sluit nog een ampèremeter parallel aan,

——————-

En de eerste prijs gaat naar deze dame van de garderobe met haar hartverscheurende noodkreet: “Houdt het dan nooit op, dat niet kwijt zijn van de nummertjes?”

————————

Hier nog een eerder voorbeeld van onweerstaanbare Russische humor ten tijde van corona.

Russische 1 mei-vieringen, met of zonder Anna Karenina en David Rockefeller.

———————

De 1 mei-vieringen in Rusland zijn – ik schrijf het zonder vreugde, wrok of spijt – niet meer wat ze geweest zijn. Ik zette wat foto’s uit het verleden bij elkaar en wanneer u die bekijkt, zult het met mij eens zijn. Duiken van de hoge op het Rode Plein, om maar eens wat te noemen, of een ware processie over het spoor - ik zie het niet meer terugkomen allemaal. Overigens vergaloppeerde ik me nog bijna lelijk met David Rockefeller en Anna Karenina.

De gekleurspoelde dame hierboven werd in 1969 in Moskou gefotografeerd door een ‘goedgekeurde’ fotograaf (waarvan ik de naam niet paraat heb). Veertien jaar later maakten Vladimir Sokolajev en Vladimir Vorobjov onderstaande foto’s. Sokolajev (links) en Vorobjov (rechts) behoorden tot een klein groepje fotografen in Novokoeznetsk die niet waren goedgekeurd. Zonder dat ze de zelfkant van de Sovjet-maatschappij lieten zien, verre van dat zelfs, plaatsten ze de werkelijkheid in een licht dat de autoriteiten niet zinde. Bij deze twee foto’s is het net geen ‘spotten met’, maar het scheelt niet veel. (Over die fotografen in Novokoeznetsk moet ik nog eens apart stukje schrijven.)

———————

Minsk, 1952. Die trekkers hieronder liet ik al eens eerder zien. Ik vind ze aandoenlijk. Ze stralen, zeven jaar na de oorlog, optimisme uit en geloof in de toekomst.

——————————

Ik struinde het internet af, zoekend naar foto’s van 1 mei parades, en deze kostte mij bijna mijn reputatie als zelfverklaard Ruslandkenner. Ik zag meteen: die vent in het midden, dat is geen Rus, en dat had ik nog goed. Ik vond het bijbehorende artikel en dat ging over… David Rockefeller. Jeetje zeg, dacht ik, nooit geweten dat die Rockefeller, toch een Amerikaanse kapitalist van heb ik jou daar, ooit op ogenschijnlijk eerbiedwaardige wijze op 1 mei meedraaide in een parade over het Rode Plein. Ik ging op onderzoek uit en had meteen beet: in 1964 had een ontmoeting plaatsgevonden tussen partijleider Chroesjtsjov en Rockefeller. Was dit dan een soort blijk van goede wil? Wel meteen gevolgd door een praalwagen met een stevige veroordeling van de VS als agressieve vijand van de vrede, om de boel  een beetje in evenwicht te houden? Ik ging op zoek naar meer foto’s van Rockefeller tijdens die optocht, maar vond er niet één. Wat niet hoeft te verbazen, want – en dat drong gelukkig op tijd tot me door – we hebben hier van doen met ordinair gefotoshop.     

—————————

Moskou, 1963 of 1964. Het moet mogelijk zijn om uitsluitend aan de hand van (niet gefotoshopte) foto’s van 1 mei-parades te achterhalen met welke landen de USSR door de jaren heen uitstekende relaties onderhield.

———————

Tsjernenko, Tichonov, Brezjnev. Zouden ze het nog leuk gevonden hebben, daar boven op dat winderige mausoleum? Ze vertegenwoordigden een land en systeem dat door de man hieronder, Boris Jeltsin (vierde van links, in 1965, nog in zijn hoedanigheid van vooraanstaand fabrieksfunctionaris te Sverdlovsk), uiteindelijk ten grave werd gedragen.

————————-

Wat de foto linksboven (Moermansk, 1958) leuk maakt, is niet die pinguïn op de vrachtwagen, ook niet die prachtige productiecijfers op de zijkant, maar natuurlijk al die kinderen die in de auto zitten gepropt. Rechts, in hetzelfde jaar in Moskou, wordt gedoken van de hoge. En links, wat een geweldige foto is dat! In het stadje Liski, provincie Voronezj (1973), wordt Lenin over het spoor heen gedragen. Van deze processie zal toch ook wel een keer een schilderij zijn gemaakt? Met her in der in die lange optocht rode vaandels en transparanten? Ik maak me wel een beetje zorgen over hoe ze met Lenin aan de andere kant van het spoor de trap af zijn gelopen.

—————————————

Zomaar een foto uit 1958, uit Kostroma, waar het die 1ste mei fris moet zijn geweest. En graag had ik vermeld waar die 50 procent op de rechterfoto op slaat, bij het Moskouse Rode Plein, maar dat heb ik niet kunnen achterhalen. Op het banier dat zo fier schuin omhoog gaat en zo het stijgingspercentage verbeeldt, staat het in elk geval niet.

————————

En daar hebben we dus Anna Karenina, niet in persoon, maar in letters, helemaal in Joezjno-Sachalinsk, in het jaar 1968 of 1969. Ik dacht aanvankelijk: dat is de plaatselijke bibliotheek of een school, die de parade aangrijpt om volk en vaderland nog eens te wijzen op het nut van lezen en literatuur. Een beetje zoals het bouwsel op wielen hier links, gefotografeerd bij een 1 mei-parade in Saratov. Op dat boek staat een citaat van Lenin: ‘Boek is enorme kracht’. (Dat is letterlijk vertaald, en erg lelijk. Wat eigenlijk raar is, want iets als ‘kennis is macht’ klinkt wel goed.)

Maar even terug naar Anna Karenina. Ik zag haar al door de hoofdstraat van Joezjno-Sachalinsk gereden worden, langs de plaatselijke partijtop, maar vroeg me nog wel af wat er dan boven haar naam stond. Lev Tolstoj, zou je verwachten, maar dat past niet qua letters. En wie was trouwens die zuur kijkende man, links? Die hoorde toch niet bij die meegedragen Karenina-stellage? Stond die misschien op een façade, prijkte die op een zuil, als een soort reclame? En toen viel het kwartje… Was er misschien rond die tijd een Anna Karenina-film verschenen? En jawel hoor, in 1967, en het bijbehorende affiche was snel gevonden…  

Fotograaf Gromov-Drankin deelt zijn liefde voor Sint-Petersburg - Deel 2.

————————

———————

Met zeer veel plezier laat ik hier een tweede selectie zien uit het werk van Igor Gromov-Drankin, de fotograaf die mijn liefde voor fotografie en Sint-Petersburg deelt. Gromov-Drankin (1946) groeide op in de stad aan de Neva. Als fotograaf had hij aanvankelijk vooral oog voor de majesteitelijke beelden, de plechtige panorama’s. Later kwam het besef dat Sint-Petersburg veel meer was dan dat. Hij bleef ‘dichterbij’ en richtte zijn lens bijvoorbeeld ook op de binnenplaatsen van zijn jeugd, op de morsige hoekjes en gaatjes die net zo kenmerkend zijn voor de oude hoofdstad. Die mengeling van het weidse en het kleine vormen een belangrijk deel van de magie van Sint-Petersburg, en ook van het werk van Gromov-Drankin. Ik hoop hem een keer te ontmoeten, maar van mijn twee voorgenomen reizen naar Rusland dit jaar is er inmiddels één geschrapt en de tweede, in het vroege najaar, zal er ook wel niet van komen.   

—————————

————————-

————————-

————————-

—————————

————————

Igor Gromov-Drankin publiceert zijn werk vrijwel uitsluitend op internet. Op twee plekken is veel werk van hem te vinden: hier (met ook zijn familiegeschiedenis) en hier. Op beide plekken plaatst hij met grote regelmaat nieuw foto’s.




Inmiddels kreeg ik de volgende reactie van Igor: Спасибо за лестные оценки моих работ! В такое время хоть что-то радует и, надеюсь, не только меня! / Dank voor de lovende beoordelingen van mijn foto’s! Dat is tenminste íets vreugdevols in deze tijd, en ik hoop niet alleen voor mij!

Deel 1.

Fotograaf Gromov-Drankin deelt zijn liefde voor Sint-Petersburg - Deel 1.

———————-

———————-

Wat zou ik graag een keertje met hem meelopen op één van zijn tochten door ‘onze’ stad: Igor Gromov-Drankin, fotograaf in Sint-Petersburg. Want zo vaak gebeurt het niet, dat je louter en alleen op grond van iemands foto’s verwantschap voelt. Gromov-Dankin houdt van de stad die ook mij dierbaar is. Zijn fotografische blik is dezelfde als die van mij – althans, ik zou graag willen dat dat zo was. Vandaar dat ik zo graag een keertje met hem zou  meegaan. Het Vasili eiland is zijn thuishaven, vermoed ik. Ook ik heb daar heel wat voetstappen liggen, keek er alle kanten op, maakte er foto’s…

Gromov-Drankin vond het goed dat ik hier een aantal van zijn foto’s plaats. Of ik een keertje met hem mee mag, heb ik nog niet gevraagd. Nou ja, een reis naar Rusland zit er voorlopig toch niet in. Hieronder het eerste deel van twee. Gromov-Drankins (en mijn) liefde voor Sint-Petersburg, dat ga ik verder niet uitleggen. Kijkt u naar een selectie van zijn foto’s, misschien deelt u mijn ontroering.  Een tweede selectie volgt binnenkort.

———————-

———————

———————

———————-

*************

Игорь Громов-Дранкинъ

De 25 beste films uit de Sovjetunie - volgens gewone kijkers en critici.

————————

————————

In de bioscoop in het parkje tegenover de studentenflat In Voronezj, waar ik, steeds langer geleden, zeven maanden mocht verblijven, draaide een film: Ring uit Amsterdam (Кольцо из Амстердама). Ik ben nooit gaan kijken, maar de titel – dat is toch bijzonder voor een film die je nooit hebt gezien – is me altijd bijgebleven. Ik meen dat Bert Lanting, een van mijn kamergenoten op de flat, wel is geweest. Hij had er niet veel aan gevonden.

Ik ging in de Sovjetunie sowieso niet vaak naar de film. Mijn Russisch hield niet over en het was steeds een hele tour om het allemaal te verstaan. Toch heb ik door de jaren heen een lijstje van favoriete films uit die tijd opgebouwd, maar ik weet niet meer of ik die dan later zag met ondertiteling, toen mijn Russisch ook veel beter was, of toch meteen al bij verschijning in de USSR. Sommige films heb ik meerdere keren gezien, en dan lopen die herinneringen natuurlijk helemaal door elkaar. Mijn favoriet: Herfstmarathon (Осенний марафон) van regisseur Georgi Danelija, uit 1979.     

Op de site kinopoisk.ru kan je met meerdere filters verschillende lijstjes maken. Zelf heb ik dat niet gedaan, ik kwam er drie tegen bij een Russische blogger: een lijst gebaseerd op het oordeel van kijkers (die cijfers kunnen geven van 1 tot en met 10), een tweede lijst op grond van het aantal uitgebrachte stemmen en een derde volgens het oordeel van filmcritici. Hieronder hebt u ze alle drie. Tussen haakjes staat de naam van de regisseur. De titels van de films heb ik niet vertaald, daar had ik geen zin in.

1.  Gebaseerd op het oordeel van de kijkers:


2. Gebaseerd op het aantal uitgebrachte stemmen:

—————

De derde lijst, gebaseerd op de smaak van de critici, wijkt sterk af van de vorige twee. Regisseur Leonid Gajda, de grote winnaar bij het publiek, ontbreekt volledig. Omgekeerd wordt Sergej Eisenstein, favoriet bij de critici, bij het publiek niet één keer genoemd.  Voor Andrej Tarkovski geldt bijna hetzelfde; tegenover de grote waardering bij de professionele filmkijkers staat een magere 24ste plaats op het tweede lijstje. Verder valt op dat Nikita Michalkov, verworden tot een pedante, hoogst irritante windvaan, dankzij twee wat oudere films door de critici nog niet is vergeten. Afijn, neemt u de lijsten vooral met een korrel zout – dat doe ik ook, want Herfstmarathon, toch met afstand de leukste film uit het Sovjet-tijdperk, is in geen velden of wegen te bekennen.  

3. Het oordeel van de critici:

————————